Inleiding

Veelzijdig Den Haag

Den Haag is een fantastische stad om in te wonen, te werken en te recreëren. Met meer dan 520.000 inwoners en ruim 20.000 ondernemingen die de stad haar Haagse kracht geven. Dé internationale stad van vrede en recht. De derde stad van Nederland en een stad met een groot economisch potentieel. Meer en meer mensen willen hier wonen, werken of komen op bezoek omdat ze Den Haag een aantrekkelijke stad vinden, hier gebeurt het!

Na jaren van crisis zien we dat de Haagse economie weer aantrekt. Er komen steeds meer banen bij in onze stad, vooral in de sectoren waar dit college stevig in investeert. Het toerisme in onze stad trekt aan, evenals de werkgelegenheid in clusters als ‘Vrede en Recht’ en ‘Cyber Security’. Gelijktijdig zien we echter ook dat deze groei, ondanks alle inspanningen, nog onvoldoende in staat is om de hoge werkloosheid te bestrijden. We begeleiden veel mensen naar werk, maar het aantal gezinnen met een bijstandsuitkering blijft stijgen.

Daarom gaan we er de komende jaren een extra impuls geven om de problemen waar onze mooie stad mee geconfronteerd wordt nog effectiever te lijf te gaan. Voor een echt betere toekomst van Den Haag moeten we een aantal strategische keuzes maken. Alleen dan benutten we het economisch potentieel van de stad.

Den Haag als banenmotor

De stijging in het aantal banen willen we doorzetten naar structurele groei. Zoveel mogelijk mensen moeten een baan kunnen vinden op hun niveau. Met name bedrijven, instanties en startups creëren banen en werkgelegenheid. De gemeente kan dit ondersteunen. Dit doen we door stevig in te zetten op een aantrekkelijke stad voor bewoners en toeristen, maar ook voor organisaties uit binnen- en buitenland.

Aan de hand van de Agenda Kenniseconomie versterken we de economische structuur via de clusters Vrede en Recht, The Hague Security Delta, Finance en Legal, IT/Tech en Energie en de verbindingen tussen deze clusters. Zo is Den Haag inmiddels de internationale ontmoetingsplaats op het gebied van veiligheid. We hebben de ambitie om in de Haagse regio tot 2020 het aantal banen in dit cluster te laten groeien tot 17.000. Zo versterken we onze positie als Europa’s Cyber Security Capital. Met het Smart City programma gebruiken we ICT en data om de kwaliteit van het leven, de veiligheid en de duurzaamheid in Den Haag te verbeteren.

Het internationale profiel van Den Haag maakt deze stad bij uitstek de vestigingsplaats en ontmoetingsplaats voor Vrede en Recht. Dit maakt het een van de belangrijkste aanjagers van de Haagse economie. We gaan dit nog sterker positioneren als broedplaats en kweekvijver voor innovaties en kennisontwikkeling op het gebied van vrede, recht en veiligheid. We werken hierbij nauw samen met het onderwijsveld, waaronder de universiteiten Leiden en Delft. Het beleid programma Internationaal met negen impulsdossiers is hiervoor een belangrijke katalysator. Drie topdossiers die in dit kader de komende tijd speerpunt zijn, zijn het Hearing Center, Big Data for Peace and Humanity en The Hague Humanity Hub. We zetten in 2017 sterk in op de ontwikkeling van een Human Capital Agenda en focussen ons op de internationale profilering als Europa’s Cyber Security Capital. Ook zal de nieuwbouw van Eurojust in 2017 zijn deuren openen en komt het Kosovo Court naar Den Haag.

Den Haag is onderdeel van een van de belangrijkste economische regio’s van Nederland, de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Op basis van onderzoek van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling, heeft de MRDH een toekomstpad uitgewerkt hoe om te gaan met grote maatschappelijke veranderingen en hoe economische groei in deze regio te versnellen. In 2017 vertalen we deze transities naar publiek-private investeringsprojecten. Ruimtelijk-economisch zwaartepunt is hierbij voor Den Haag het Central Innovation District, het centrumgebied rond de drie grote NS-stations.

Met de Agenda Stedelijke Economie benadrukken we de kracht van het ondernemerschap in Den Haag. In 2017 zal Den Haag door het beschikbaar stellen van bedrijfsruimten en een krachtige marketingaanpak winnen aan bekendheid als aantrekkelijke vestigingsplek voor bedrijven. Er wordt fors geïnvesteerd in het aanbieden van aantrekkelijke bedrijfsruimten voor startup-bedrijven. Maar ook bestaande bedrijven trekken we naar de stad. Onder meer met behulp van het WFIA en aantrekkelijke bedrijfsruimten overtuigen we deze bedrijven zich blijvend te vestigen in Den Haag. Dit alles leidt tot groei van het ondernemerschap. Een sterk MKB, de banenmotor van Den Haag, vraagt om een klimaat dat tegemoet komt aan de specifieke behoeften van deze ondernemers. We initiëren nieuwe activiteiten zodat er meer ruimte ontstaat om te ondernemen. Meer omzet bij ondernemers leidt tot meer arbeidsplaatsen en voorkomen van faillissementen.

Toerisme is een van de grote inkomstenbronnen van de Haagse economie. Meer toeristen die voor Den Haag kiezen en hier ook langer blijven. Om groei van het toerisme te versnellen gaan we fors investeren in het vergroten van de internationale bekendheid en zichtbaarheid van Den Haag. Er wordt zwaar ingezet op het versterken van het aanbod door de invulling aan het Museumkwartier, acquisitie jaarrond attracties in het centrum en Scheveningen en het landelijke themajaar “Van Mondriaan tot Dutch Design” en het themajaar “Scheveningen 200 jaar badplaats”. Met het nieuwe investeringsprogramma De Kern Bijzonder versterken we de aantrekkingskracht van de binnenstad.
Om uit te groeien tot tweede congresstad van Nederland gaan we in 2017 minimaal 56 congressen acquireren. Zo vergroten we de werkgelegenheid, met name ook voor mensen met een lage opleiding.

Sommige burgers zijn niet in staat om op eigen kracht een baan te vinden. Voor hen hebben we het aanvalsplan “Den Haag maakt werk”. Daarmee biedt de gemeente zo veel mogelijk op maat gesneden ondersteuning op zoek naar werk. Met hulp van de gemeente vanuit het Werkgeversservicepunt, willen we dat in 2017 4.250 mensen met een bijstandsuitkering betaald werk vinden, of terug gaan naar school. Desondanks zien we dat de werkloosheid hoog blijft en ook in 2017 verwachten we dat de instroom in de bijstand groter zal zijn dan de uitstroom. Het college komt daarom met extra maatregelen. Met een extra impuls willen we de werkloosheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt terugdringen naar een lager niveau en Den Haag weer bestendig maken voor de toekomst. Ook stimuleert de gemeente de werkgelegenheid rechtstreeks door aan de onderkant van de arbeidsmarkt 1.000 extra STIP-banen te creëren en 1000 extra mensen uit de bijstand aan het werk te helpen, dit kunnen bijvoorbeeld conciërges bij scholen en beheerders bij fietsenstallingen zijn.

Daarnaast start Den Haag met een pilot om een Haagse variant van de dienstencheque te ontwikkelen. In België wordt deze cheque al sinds 2004 ingezet waardoor meer werkgelegenheid voor lager opgeleiden is ontstaan. Met de pilot wil Den Haag kijken of het ook hier meer banen kan opleveren, bijvoorbeeld door de cheque in te zetten voor diensten die schaars worden (of zijn) zoals een strijkservice, schoonmaak- en tuindiensten.

De kracht van de Hagenaars

De Haagse bevolking is een krachtige bevolking. Door de diversiteit, verscheidenheid en saamhorigheid maken de mensen de stad. Om hier meer gebruik van te maken gaan wij de burgers nog beter in staat stellen invloed uit te oefenen. Zo vroeg mogelijk, zo laagdrempelig mogelijk en zo direct mogelijk. Aan de hand van de wijkprogramma’s vergroten we de betrokkenheid van inwoners bij hun eigen omgeving, en worden knelpunten concreet aangepakt. Het concept ‘Burgerbegroting’ wordt verder uitgewerkt, met als uitgangspunt dat bewoners in staat worden gesteld aan te geven welke thema’s prioriteit moeten krijgen.
Zeven wijken krijgen extra aandacht met de Wijkaanpak Nieuwe Stijl. Hier verbeteren we samen met de burgers de kwaliteit van leven en de leefbaarheid. De initiatieven hier sluiten aan bij de kracht in de wijk en worden in gezamenlijkheid ontwikkeld.

Vrijwilligers zijn van onschatbare waarde voor de Haagse samenleving. Zij zijn Haagse Kracht pur sang, en dragen op vele manieren bij aan de kwaliteit van de stad, bijvoorbeeld op het gebied van sport, cultuur, zorg en welzijn. Het doel is om 150.000 vrijwilligers actief te laten zijn in de stad. Om dat te bereiken blijven we investeren in een positieve beeldvorming en eigentijdse invulling van het Haagse vrijwilligerswerk.

Welkom in de Buitenruimte

De buitenruimte is de huiskamer van de stad en daarmee belangrijke en ontmoetingsplaats én visitekaartje. Bezoekers krijgen een eerste indruk van de stad wanneer ze door één van de stadsentrees binnenkomen. Daarom investeren we in de uitstraling van deze plekken. In 2017 wordt op het Centraal Station het busplatform verbouwd. Het tweede deel van de Haagse Loper voor de nieuwbouw van de nieuwe vestiging van de universiteit wordt afgerond en op de Stationsweg wordt gestart met de Loper Oude Centrum. Op Hollands Spoor wordt bovendien de tunnel onder de perrons doorgetrokken en worden de pleinen heringericht.

Ook gaat bijzondere aandacht naar de delen van de stad met de grootste aantrekkingskracht op bezoekers: de binnenstad en Scheveningen. Hier komen mensen om te genieten van Den Haag. We verleiden bezoekers tot langer verblijf door de publiekstrekkers in de Binnenstad, zoals de Grote Marktstraat, het Hofkwartier en het Museumkwartier, beter aan elkaar te verbinden. Hiermee wordt in 2017 een start gemaakt met een nieuwe meerjarige impuls in de buitenruimte van de binnenstad in het kader van De Kern Bijzonder.

In Scheveningen worden dit jaar met De Kust Gezond de omgeving van het Kurhaus en het Seinpostduin onder handen genomen. Met grote betrokkenheid van belanghebbenden wordt ook gewerkt aan het definitief ontwerp voor de noordelijke boulevard, waarvoor aan het eind van het jaar de eerste werkzaamheden van start gaan. De publieke en private investeringen zullen leiden tot een aantrekkelijkere badplaats, ook buiten de drukke zomermaanden, en daarmee meer toeristen trekken en meer werkgelegenheid creëren.

Ook in woonwijken is aandacht nodig voor de buitenruimte. De succesvolle aanpak Werk-met-Werk zetten we voort en krijgt een nieuwe impuls. Bovendien is er aandacht voor gebieden waar de buitenruimte nog niet op niveau is, maar geen kansen zijn voor werk-met-werk, zoals in Loosduinen. Vanaf 2017 wordt begonnen met een integrale herinrichting van gevel tot gevel in de wijk Kraayenstein, waarmee eindelijk de leefbaarheidsproblemen in dit gebied structureel kunnen worden aangepakt. Ook krijgen de kades en omgeving van de drie havens op de Binckhorst een forse kwaliteitsimpuls, waardoor een prettig verblijfsklimaat ontstaat in dit belangrijke ontwikkelingsgebied.

In een stedelijke omgeving is de aanwezigheid van groen van levensbelang. Daarom grijpen we kansen aan om meer groen te realiseren, en zo hitte-eilanden en wateroverlast terug te dringen. We pakken achterstallig onderhoud in parken en grote groengebieden aan en zorgen voor een verdere verbinding van deze gebieden.

Investeren in een duurzaam bereikbare en gezonde stad

Den Haag groeit. Er komen ieder jaar meer bedrijven, inwoners en bezoekers bij. Dit brengt een toename van het verkeer met zich mee en vraagt scherpe keuzes om onze stad goed bereikbaar te houden, op een duurzame en gezonde wijze. Het gebruik van de fiets stimuleren we door de aanleg van sterroutes naar Scheveningen, Leidschenveen, Wateringse Veld en Rijswijk. In het centrum en Scheveningen komen meer bewaakte fietsenstallingen en extra beheerders. Om de parkeerdruk in woongebieden te verlagen leggen we in 2017 750 extra paarkeerplaatsen aan en zetten we sterk in op Park & Ride met nieuwe P&R plekken aan de rand van de stad met een goede OV verbinding naar het centrum en Scheveningen. En we stimuleren het gebruik van elektrische auto’s door subsidies en de aanleg van laadpalen, 250 nieuwe laadpalen in het komende jaar.

De directe bereikbaarheid vanuit zee maakt Den Haag uniek. Om dit te versterken gaan we in 2017 starten met het herstel en de uitbreiding van de kades rond de derde haven. Voor het Noordelijk Havenhoofd staat een gebiedsontwikkeling op stapel. En op het Norfolkterrein wordt gestart met de bouw van 336 woningen. En het Topzeilcentrum opent in 2017 zijn deuren, waar toptalenten in de zeilsport zullen worden opgeleid.

Omdat Den Haag blijft groeien en tegelijkertijd de aantrekkelijke stad wil blijven voor bewoners, bezoekers en bedrijven, moeten er strategische keuzes worden gemaakt op het gebied van verdichting, vergroening en verduurzaming. Daarom maken we samen met de inwoners nog in 2016 de Agenda Ruimte voor de Stad, de uitvoering start volgend jaar. Ook dat zal een proces van co-creatie zijn met bewoners, ondernemers, instellingen en externe partners, zodat we met elkaar de ruimtelijke opgaven en ambities kunnen verwezenlijken. Hiervoor hebben we vanaf 2017 de Ruimtelijk-economische Investeringsstrategie (REIS), waarin we integraal sturen op de uitvoering op fysiek ruimtelijk-economische investeringen.

Dat onze ambities groot zijn blijkt wel uit het duurzaamheidsbeleid; het uitgangspunt is Den Haag klimaatneutraal in 2040. We voeren actief regie op de verduurzaming van de woningvoorraad en de energievoorziening. Met het revolverende Energiebesparingsfonds helpen we kleine VVE’s om te investeren in hun woningen. En we geven zelf het goede voorbeeld door de eigen huisvesting, mobiliteit en inkoopfunctie duurzamer te maken.

Zorgen voor elkaar: zelfstandig waar het kan, ondersteuning waar nodig

In Den Haag hebben wij er onomwonden voor gekozen de zorg en ondersteuning van ouderen en mensen met een beperking overeind te houden. Grote bezuinigingen en ingrepen in de zorg en ondersteuning die we zien in andere delen van het land, als gevolg van rijksbezuinigingen, hebben wij voor onze ouderen kunnen voorkomen. Daar zijn wij trots op. Dat wil allerminst zeggen dat alles bij het oude blijft. Centraal bij zorg en ondersteuning van kwetsbare Hagenaars staat: continuïteit en vernieuwing van zorg. In onze stad staat een zorgzame samenleving voorop: zelfstandig wonen door ouderen en mensen met een beperking, de zorg en ondersteuning voor kwetsbare burgers en een gezonder leven. De rol die onze inwoners, hun familie en buren en maatschappelijke organisaties vervullen is het vertrekpunt. Bewoners die, al dan niet georganiseerd, haalbare ideeën hebben om taken anders, beter en/of slimmer in te richten krijgen ruim baan. Het buurthuis van de Toekomst sluit hier naadloos op aan. Hagenaars kunnen elkaar hier ontmoeten en deelnemen aan activiteiten die ze zelf organiseren. Permanente innovatie is het belangrijk om aan de behoefte van de burger te blijven voldoen en tegelijk de kosten ervan beheersbaar te houden. Die innovatie gebeurt op vele terrein. Of het nu gaat over aangepast vervoer, slimme technieken in de thuissituatie, hulp bij het huishouden of, wijkgerichte zorg, vernieuwing in het aanbod is een permanent proces. Niet gedicteerd vanuit het stadhuis maar gedomineerd door de ideeën op de werkvloer, bij de instellingen of de bewoners die het best zicht hebben op kansen die zich voordoen op verbetering.

Nog steeds zijn er teveel mensen die niet mee kunnen doen in de samenleving omdat ze leven in armoede. Met ons armoedebeleid willen we er voor zorgen dat niemand aan de zijlijn staat. Onze bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar kinderen. We accepteren niet dat kinderen de dupe worden van de financiële problemen van hun ouders. Samen met de Stichting Leergeld hebben we een stevig kindpakket, waardoor ieder kind kan meedoen op school, sport en cultuur.
Al jaren heeft Den Haag een goede collectieve zorgverzekering voor minima. Volgend jaar kunnen nog meer mensen hier gebruik van maken doordat we de inkomensgrens verhogen. Met de schuldhulpverlening richten we ons op een preventieve aanpak Zo komt het college met een innovatieve aanpak om jongeren weer perspectief te bieden. Bij die aanpak moeten jongeren als tegenprestatie de handen uit de mouwen steken. Terug de schoolbanken in, gaan werken of vrijwilligerswerk doen. De gemeente gaat in ruil de schuld opkopen van de jongeren die zwaar in de financiële problemen zitten. Samen met verschillende partners in de stad gaan we een Schuldenlab ontwikkelen, waarin we innovatieve aanpakken uitproberen.

We willen dat de Haagse jeugd veilig, gezond en met plezier opgroeit, zijn talenten ontwikkelt en meedoet in de stad. Met een samenhangende inzet van preventie en jeugdhulp gaan we beter inspelen op de behoeften en mogelijkheden van de jeugd en ouders. In de Jongerenstadslabs kunnen jongeren meedenken over beleid en uitvoering van onderwerpen die hen aangaan. En we krijgen van de Haagse Jongerenambassadeurs gevraagd en ongevraagd advies over stedelijke en lokale vraagstukken.
Met de tien Centra voor Jeugd en Gezin hebben we een dekkend netwerk voor jeugdhulp, jeugdgezondheidszorg en informatie & advies. In 2017 gaan we de CJG’s verder doorontwikkelen en nog meer bekendheid geven zodat iedereen hier met zijn of haar hulpvraag terecht kan in een omgeving waar alle betrokken partijen samenwerken.

De gemeente Den Haag levert een substantiële bijdrage aan het oplossen van de vluchtelingenproblematiek. Concreet betekent het dat de gemeente Den Haag zich inspant om bovenop de wettelijke taakstelling nog eens 700 statushouders extra te huisvesten. Den Haag kiest daarvoor om de betrokkenen sneller op te nemen in de samenleving. Belangrijk uitgangspunt daarbij is dat we niet alleen zorgen voor onderdak maar ook voor begeleiding, school voor de kinderen, dagbesteding, taal, hulp bij psychische en maatschappelijke problemen en aandacht voor welzijn. Extra investeringen ‘aan de voorkant’, die de maatschappij op lange termijn terugverdient omdat langdurige afhankelijkheid van de bijstand, inactiviteit en maatschappelijke overlast door gebrekkige integratie wordt voorkomen. Investeringen dus die ten goede komen aan de statushouders maar ook aan de overige Haagse inwoners.

Ontplooien in Den Haag

Goed onderwijs is de basis voor de ontwikkeling van mensen en vormt daarmee ook de drijvende kracht achter een duurzame sterke economie in Den Haag. We blijven daarom inzetten op meer kansen voor meer jongeren. Meer jongeren gaan van school met een startkwalificatie. Meer kinderen nemen deel aan vroeg- en voorschoolse educatie. We hebben meer aandacht voor zwakke scholen. En we zorgen voor meer conciërges, zodat de school op orde blijft en we een directe impuls geven aan de werkgelegenheid. Meer studenten komen studeren in Den Haag. Vanaf 2017 bieden de Universiteit Leiden, de TU Delft en de Cyber Security nieuwe opleidingen aan op het gebied van Vrede, Recht, Veiligheid en Governance.

Sport is een van de krachtigste middelen om de stad te vitaliseren. Meedoen, mee organiseren, meebeleven brengt gedrevenheid en energie met zich mee. We streven er naar dat dagelijks bewegen en regelmatig sporten voor al onze inwoners een vanzelfsprekendheid wordt. Met het Haags Sportinitiatief maakt iedereen met een goed idee om in de wijk de deelname aan sport te vergroten kans op maximaal €10.000 om dit idee uit te voeren. En met de Stadsspelen, waar sporters en niet-sporters elkaar ontmoeten, wordt het wij(k)gevoel verstrekt en verleiden we iedereen om in beweging te komen.
De Sportcampus Zuiderpark wordt begin 2017 geopend waarmee we de faciliteiten voor topsport verder uitbreiden. Den Haag streeft naar de toekenning door het NOC*NSF van het Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO) Metropool Den Haag-Rotterdam, gehuisvest in het Zuiderpark.

In het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2017-2020: ‘Ruimte voor de spelende mens’ zetten we in op behoud van een hoogwaardig cultureel aanbod maar ook op ruimte voor vernieuwing. Met accenten op het makersklimaat, talentontwikkeling, cultuureducatie, cultuurparticipatie, en op de betekenis van cultuur voor het imago en de economie van de stad. Zo houden we een bloeiend kunst- en cultuurklimaat dat de innovatieve kracht en aantrekkelijkheid van de stad versterkt. Om de cultuurvraag vanuit het onderwijs te stimuleren stelt de gemeente vanaf 2017 aan scholen subsidie voor cultuuronderwijs ter beschikking.

Terugdringen en voorkomen criminaliteit en overlast blijft prioriteit

In de eerste helft van 2016 daalde het totaal aantal misdrijven met 6% ten opzichte van het eerste halfjaar van 2015. De high impact crimes daalden gemiddeld zelfs met 7%. Hiermee zet de positieve trend van de afgelopen jaren met dalende criminaliteitscijfers stevig door. Verheugend is dat in navolging van de dalende criminaliteit ook het onveiligheidsgevoel in Den Haag in 2015 ten opzichte van 2014 met 2,5 % stevig is gedaald. Dit ondanks berichtgeving over onder meer internationale terroristische aanslagen en radicalisering. De inspanningen van de veiligheidspartners om er voor te zorgen dat Den Haag veiliger wordt en dat bewoners, ondernemers en bezoekers zich ook veilig voelen lijken zich dus uit te betalen. We zetten de succesvolle aanpak dan ook onverminderd voort.

Extra aandacht zal er zijn voor de versterkte aanpak van de high impact crime woninginbraken. Daarbij werken we zoveel mogelijk samen met de corporaties en de Buurtinterventieteams.

De actuele aanslagen in de westerse wereld met vaak radicale jihadistische motieven maken een intensievere aanpak van radicalisering, polarisatie en jihadisme noodzakelijk. De focus ligt op de persoonsgerichte aanpak van gefrustreerde en teruggekeerde uitreizigers en de preventie van radicalisering bij personen en groepen met een verhoogd risico hierop.

Ook de Integrale Handhavingsacties blijven een belangrijk speerpunt. Daarmee geven we een krachtig en zichtbaar signaal dat we criminaliteit en overlast niet tolereren in Den Haag. Op die manier werken we verder aan een veilige, leefbare en aantrekkelijke stad.

Gezonde gemeentefinanciën

Zoals de traditie voorschrijft zijn de Haagse financiën goed op orde. Ook dit jaar hoeft er niet bezuinigd te worden op het gemeentebeleid en kunnen we bovendien vele miljoenen extra investeren in de Haagse economie. De extra middelen komt vooral door een eenmalige meevaller in het gemeentefonds van € 30 mln. Ook heeft het college ook kritisch gekeken naar de nut, noodzaak en omvang van een aantal reserves. Door de inzet van bestemmingsreserves voor de realisatie van de beleidsdoelstellingen neemt de vermogenspositie van de gemeente gestaag af. Natuurlijk blijven we ervoor waken dat de solvabiliteit van de gemeente op orde blijft. Wel blijven we in gesprek met het Rijk over de financiering van een aantal Rijkstaken die we moeten uitvoeren. Voor 2017 zien we vooral onzekerheden bij de financiering van de bijstandsuitkeringen en de opvang van statushouders. Dit brengt serieuze risico’s met zich mee, hier moeten we in ons weerstandsvermogen rekening mee houden.

Een andere ontwikkeling die van grote invloed is op deze begroting is de vernieuwing van het Besluit Begroting en Verantwoording, het BBV. Aan de hand van de adviezen uit het rapport van de commissie Depla wordt vanaf 2017 het BBV herzien, met als voornaam doel meer transparantie en vergelijkbaarheid tussen gemeenten. Dit juichen we zeer toe. Het lijdt evenwel tot belangrijke aanpassingen van de begroting. Zo komt er een programma Overhead, zijn er 50 wettelijk voorgeschreven beleidsindicatoren opgenomen, zijn alle grondexploitaties tegen het licht gehouden en hebben we de omslagrente moeten verlagen van 4% naar 2%. Alle financiële en niet-financiële effecten hiervan zijn op basis van de nu beschikbare inzichten verwerkt.

Hoewel de gemeente fors investeert in nog betere voorzieningen en een prettigere stad om in te leven, zorgen we ervoor dat de lasten voor burgers en bedrijven laag blijven. Ook dit is inmiddels een traditie waar Den Haag zijn naam hoog houdt. De OZB voor woningen en niet-woningen blijft gelijk, de afvalstoffenheffing wordt met 1% verlaagd en de bovengrondse precariobelasting wordt afgeschaft. Andere belastingen en heffingen worden maximaal met de inflatie verhoogd. Zo blijven we ook in 2017 in de top 3 van steden met de laagste woonlasten. En houden we Den Haag een aantrekkelijke stad voor burgers om te gaan wonen en bedrijven om zich te vestigen.

Den Haag Stad in Transitie

Zoals blijkt uit de inleiding gaat het college strategisch investeren in Den Haag. Zodat de aantrekkelijkheid van de stad verder toeneemt voor burgers en bedrijven, en de veerkracht van de inwoners wordt vergroot. We moeten kansen grijpen, de veranderingen faciliteren en slim omgaan met de stad in transitie. In dit hoofdstuk gaan we nader in op dit fenomeen, en de vijf integrale stedelijke investeringsproposities die op een effectieve wijze inspelen op de transities in de stad.

Naar een Haagse strategie op structurele veranderingen in het economisch, sociaal en ruimtelijk domein.

Den Haag is een Stad in Transitie. Snelle veranderingen in technologie, demografie, geopolitiek, economie en klimaat veranderen op een structurele manier de maatschappelijke en economische verhoudingen. Deze transities doen zich wereldwijd voor en plaatsen ook Den Haag voor ingewikkelde, complexe en veelzijdige opgaven. De bevolking groeit, maar de werkgelegenheid blijft achter. In het digitale tijdperk wordt het steeds lastiger bedrijven en banen aan onze stad te binden. Stedelijk groei vraagt om een nog slimmere omgang met ruimte, leefbaarheid, bereikbaarheid en de mix van stedelijke functies. Het oude ideaal van de stad als systeem van sociale stijging en interactie staat onder druk. Den Haag is gesegregeerd. Onzichtbare muren belemmeren de groeipaden in de stad. De gemeente Den Haag heeft de verantwoordelijkheid hier zo adequaat mogelijk mee om te gaan. Transitie vraagt om leiderschap. Om richting, en om snelheid. Dat betekent alert en effectief optreden. Tegelijk moeten we voor een aantal vraagstukken ook nieuwe kaders ontwikkelen voor de komende decennia. In dit hoofdstuk schetsen we een beeld van relevante transities en hun effect op de stad. Niet alleen de bedreigingen, maar ook welke kansen er ontstaan: nieuwe vormen van bedrijvigheid en werk, nieuwe oplossingen voor de energievoorziening, nieuwe vormen van publiek-private samenwerking en governance voor stad en regio. We geven vervolgens aan op welke manier wij als bestuur van Den Haag een koers ontwikkelen op de kansen en uitdagingen in de diverse beleidsdomeinen. Ons vertrekpunt daarbij blijft: vertrouwen op Haagse Kracht. Deze inzet vertaalt zich door naar de stedelijke en regionale investeringsprogramma’s. Gedeelde noemer: Den Haag, stad in transitie.

Wat zijn transities?

Transities zijn ingrijpende maat- schappelijke veranderingsprocessen. Daarbij gaat het om een structurele verandering als gevolg van elkaar versterkende ontwikkelingen op het gebied van technologie, demografie, (geo)politiek, economie, natuur en milieu. Dat werkt in op het hele maatschappelijke systeem en de manier waarop wij in de vraag naar voedsel, veiligheid en alle andere behoeften voorzien. Systeem verande-ringen zijn moeilijk te voorspellen, duren soms een of twee generaties en vaak wordt pas achteraf de volle omvang en betekenis zichtbaar. Wel is duidelijk dat de gevolgen ingrijpend zijn. Oude zekerheden, kennis, vaardigheden, concurrentieposities, verdienmodellen én bedrijfsactiva verliezen hun waarde, tenzij tijdig een slag wordt gemaakt met vernieuwing en aanpassing. Een blauwdruk bestaat niet en dus moeten we gaandeweg leren en ontdekken hoe we van het oude systeem overgaan naar een nieuw systeem en hoe we daar mee omgaan. Een ding lijkt zeker: de ver-anderingen en transities gaan sneller dan in het verleden. Onduidelijke keuzes, foute keuzes of het uitblijven van keuzes zullen de stad ingrijpend op achterstand zetten.

De belangrijkste transities in beeld

Jan Rotmans, hoogleraar transitiekunde, formuleert het aldus: “we leven niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperken”. Hij stelt dat de (Nederlandse) samenleving zich op een kantelpunt bevindt. Transities op diverse terreinen komen samen en spelen op elkaar in. Een bredere analyse van transitie wordt momenteel ontwikkeld, met bijdragen van onder meer Platform31 en universiteiten. Hieronder lichten we twee centrale ontwikkelingen toe en gaan we kort in op de gevolgen voor stad en bestuur.

Onderzoekers en beleidsmakers voorzien een zogenoemde ‘Derde industriële revolutie’ voor de komende tijd: een structurele verandering in de wijze waarop wij onze goederen en diensten produceren en distribueren. Dat gebeurt door het samenkomen van veranderingen op het gebied van communicatie (internetcommunicatie tussen mensen maar ook steeds meer tussen apparaten en machines: ‘internet-of-things’), energie (omschakeling naar hernieuwbare, kleinschaliger energiebronnen vanwege toenemend klimaatbewustzijn, geopolitieke wens tot meer onafhankelijke energievoorziening, versneld door innovaties en prijsdalingen) en mobiliteit (digitaal gestuurde logistieke netwerken, bestuurderloze voertuigen, schone motoren, drones, oplossingen rond autodelen, etc.). Deze veranderingen versnellen bestaande trends en leiden samen tot een brede transitie in onze economie en maatschappij. Dit wordt ook wel ‘next economy’ genoemd. Automatisering heeft al geleid tot grote veranderingen in de manier waarop bedrijven werken. Steeds meer economische transacties vinden geheel digitaal - ‘in the cloud’ - plaats, en daardoor verandert het economisch landschap. De energie-transitie lijkt een kostbare en langdurige opgave. Maar het kan snel gaan. De overgang van kolen naar aardgas duurde in Nederland minder dan tien jaar. Centrale verwarming werd de nieuwe standaard, de lucht in de steden werd schoner. Een netwerk van hernieuwbare energiebronnen biedt kans op een betaalbare, betrouwbare en onafhankelijke energievoorziening als grondslag voor toekomstige welvaart en welzijn. Bestuurderloze voertuigen leken een utopie, maar binnen gesloten systemen als haventerreinen en pakhuizen functioneren ze al.

Dit samenspel van veranderingen in hoe wij communiceren, produceren en distribueren, leidt naar verwachting (uiteindelijk) tot hogere productiviteit en meer welvaart, maar ook tot structureel verlies van werkgelegenheid in traditionele bedrijfssectoren en beroepen. De verschuiving in werkgelegenheid is al langer gaande en zien we duidelijk in Den Haag. Computers vervingen eerder al telefonistes, administrateurs, technisch tekenaars, et cetera. E-mail verving post en dus de traditionele postbezorging. In Den Haag hebben we hiervan de effecten gezien bij de (opvolgers van) Postbank en PTT, maar feitelijk ook bij de rijksoverheid zelf. Deze ontwikkeling gaat nog door. Internet en cloud-services zetten momenteel de bijl aan de wortel van de klassieke bedrijfsautomatisering, waardoor de IT dienstverleners nu naar andere verdienmodellen moeten zoeken. Er ontstaat echter ook nieuwe werkgelegenheid, in ICT en dóór ICT. The Hague Security Delta is daar natuurlijk ook prachtig voorbeeld van, waarbij cybersecurity het snelst groeiend veiligheidssegment is. Het Haags cluster rond Vrede en Recht krijgt nieuwe groeikansen met opkomende vraagstukken bijvoorbeeld rond juridische kaders bij onder meer digitalisering van transacties en gebruik van grote gegevensbestanden (‘big data’).

De kolenboer verdween dankzij aardgas uit het straatbeeld en de sluiting van de kolenmijnen heeft in tientallen decennia in heel Europa banen gekost. Dankzij geïnvesteerde aardgasbaten kwam er wel werk terug, bijvoorbeeld in de chemie. De kastuinbouw kreeg door de aardgasrevolutie een sterke impuls. De nieuwe energietransitie betekent voor Den Haag vooral verduurzaming van woningen en de realisatie van nieuwe energienetwerken. Daarvoor zijn grote investeringen nodig. Maar het zorgt ook voor werk in de realisatie en het onderhoud van de nieuwe infrastructuur. En daarmee legt Den Haag een duurzame basis voor nieuwe economische activiteit en werkgelegenheid. In het verlengde van energietransitie speelt ook de meer efficiënte omgang met grondstoffen in brede zin. Sommige natuurlijke grondstoffen worden schaars of dreigen te worden gemonopoliseerd. Hergebruik vormt een slimme oplossing. Afvalstromen bevatten onbenutte waarde, zijn letterlijk geld waard. Dat vraagt aanpassing van bedrijfsprocessen maar levert ook kostenbesparingen en nieuwe bedrijvigheid op, in wat wel de circulaire economie wordt genoemd.

Nieuwe vormen van mobiliteit en vervoer tenslotte kunnen oplossingen bieden voor stedelijke bereikbaarheidsopgaven en ook een nieuw expertiseveld vormen voor bedrijven en kennisinstellingen in onze regio. Op vliegveld Valkenburg ontwikkelen regiopartners bijvoorbeeld ‘Unmanned Valley’, een testlocatie voor drones waarbij ook Hague Security Delta is betrokken.

De ‘trek naar de stad’ die wereldwijd is te zien, krijgt een structureel karakter en leidt ook tot bevolkingsgroei en een verder toenemende diversiteit van de stedelijke bevolking. De migratie van platteland naar stad is wereldwijd massaler dan ooit en groeit snel. Informatie wordt sneller en breder verspreid en steeds meer mensen gaan op zoek naar een betere toekomst voor zichzelf en hun kinderen. De trek vindt vooral plaats in relatief arme landen, maar in toenemende mate ook tussen continenten. Ook de migratiestromen naar West-Europa, naar Nederland en specifiek ook naar Den Haag moeten vanuit dat perspectief worden beschouwd.

Internationale migratie leidt in Den Haag samen met een geboorteoverschot tot stedelijke bevolkingsgroei. Hierdoor neemt ook diversiteit verder toe. Deze ontwikkeling roept vragen en ongerustheid op. Verschillende culturen leiden tot botsingen in waardesystemen, waardoor ook maatschappelijke onrust en versplintering dreigen. Tegenstellingen kunnen worden vergroot door de band die migrantengroepen onderhouden met hun landen van herkomst, terwijl die band juist ook kansen kan bieden. Nieuwe jonge mensen vormen ook een arbeidspotentieel in een vergrijzend West-Europa. Vernieuwing en creativiteit kan ontstaan uit de ontmoeting tussen denkbeelden uit diverse delen van de wereld. Meer inwoners betekent een grotere consumentenmarkt en een breder draagvlak voor maatschappelijke voorzieningen.

Tegelijk met de komst van nieuwe bewoners in Den Haag ontwikkelt ook de huidige bevolking zich in verschillende richtingen. Binnen de regio zien we een vertrekoverschot van middengroepen van de stad naar buurgemeenten. Het aantal één-persoonshuishoudens groeit. Meer jongeren studeren in Den Haag. Het aandeel ouderen neemt toe, mede omdat mensen gemiddeld steeds ouder worden. Woonvoorkeuren veranderen en de vraag naar slimme oplossingen voor zorg en zelfstandigheid groeit. Er zijn meer woningen nodig, terwijl tegelijkertijd het belang van groen, openbare ruimte, bereikbaarheid en een gezonder stedelijk klimaat toeneemt. Kortom, de bevolking groeit, de diversiteit neemt toe en sociale structuren veranderen. De impact van deze demografische veranderingen in Den Haag is groot.

De derde industriële revolutie leidt naar verwachting op langere termijn tot effectievere productie, betere benutting van energie en grondstoffen en daardoor tot kostenbesparing en meer welvaart. Een groeiende bevolking biedt voor de toekomst een economisch potentieel en draagvlak voor het in stand houden van onze maatschappelijke voorzieningen.

Op korte termijn echter zijn de negatieve gevolgen van deze transities vooral onzekerheid, toenemende druk op schaarse ruimte, baanverlies, maatschappelijke druk en een dreigende maatschappelijke tweedeling. Ook in de arbeidsmarkt is er sprake van een structurele verandering, van een transitie: digitalisering en straks wellicht ook robotisering hebben een grote impact op routinematig werk, met name op middelbaar geschoold niveau. Het begrip baan verandert, flexibilisering leidt tot kansen maar ook veel onzekerheid in het dagelijks bestaan van veel mensen. Kennis, opleiding, sociale vaardigheden en service-gerichtheid worden steeds meer bepalend voor iemands kans op werk. Veel nieuwkomers hebben op dit gebied onvoldoende bagage, waardoor integratie, educatie en participatie stevige opgaven vormen. Woningmarkt en arbeidsmarkt vertonen beiden een groeiende mismatch, die vaak dezelfde groep mensen treft.

De opgave voor de gemeente Den Haag is om de negatieve effecten waar mogelijk te beperken, de overgang te bespoedigen en de kansen te identificeren en benutten. Met aandacht voor het heden en een blik op de toekomst. Dat vraagt veel van het organiserend vermogen (‘civil society’) en de veerkracht (‘resilience’) van de stad. De gemeentelijke overheid is steeds minder de eerst aangewezen partij om een maatschappelijk probleem op te lossen of weg te financieren. De gemeente heeft echter nog steeds een onmisbare rol. Of het nu gaat om faciliteren, ruimte bieden, spelregels maken of het voortouw nemen voor een gezamenlijk ontwikkelingsperspectief. De verhouding tot burgers en andere belanghebbenden krijgt daardoor een andere invulling. Bestuur en ambtelijke organisatie zullen in zekere mate zelf ook een transitie (moeten) ondergaan. De opschaling naar regionale samenwerking hoort daar ook bij. De OESO presenteerde op 1 februari jl. haar rapport ‘Metropolitan Review Rotterdam The Hague’. Daarin constateert ze dat onze regio nog steeds één van de motoren is van de Nederlandse economie. Maar de economische groei in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag blijft achter bij andere regio’s in Nederland en Europa. Samenwerking tussen de sectoren en verbindingen tussen kennisinstituten- en bedrijfsleven komen nog onvoldoende tot stand. De oorzaak is te vinden in ruimtelijk-economische en bestuurlijke versnippering. Het OESO rapport benadrukt de urgentie om nu in actie te komen om de economische potentie van de regio Rotterdam Den Haag succesvol te benutten. Ze adviseert om samenwerking op de diverse domeinen regionaal en integraal op te pakken.

Ontwikkelen van een Haagse strategie

Den Haag moet acteren op de actualiteit en voorbereiden voor de toekomst. Bestaande opgaven krijgen een verdieping of een verbreding. Nog meer dan voorheen maakt het uit hoe we de ruimte inrichten; hoe we inwoners en het bedrijfsleven betrekken bij de ontwikkeling van hun woon- en werkomgeving; hoe we tweedeling tegen kunnen gaan; hoe we de stad aantrekkelijk kunnen maken voor investeerders en getalenteerde bedrijven en mensen; en hoe we er in slagen Den Haag effectief te (be)sturen, met elkaar en met de stad.

Vertrekpunt vormt voor ons is ‘Vertrouwen op Haagse Kracht’. Dat betekent onder meer: ruimte bieden voor ondernemende mensen, oog hebben voor mensen met wat minder kracht, en samen eigenaar zijn van de toekomst. Met ons gelijknamige Coalitieakkoord uit 2014 hebben wij hiervoor al de basis gelegd. Met nog duidelijker en scherper onderkennen van de recente maatschappelijke ontwikkelingen kunnen we vanuit deze basis onze slagvaardigheid versterken en de integraliteit in een Haagse strategie vormgeven die zich richt op de grote veranderingen. De overkoepelende term daarbij is ‘Stad in Transitie’.

We werken in de komende periode op centrale beleidsdomeinen actuele strategische agenda’s uit:

  • sociaal: momenteel wordt de sociale agenda ontwikkeld, die dit najaar gereed zal zijn;
  • ruimtelijk: de Agenda Ruimte voor de Stad wordt binnenkort voorgelegd aan de Raad;
  • economisch: in 2015 zijn de agenda’s Stedelijke Economie en Kenniseconomie gepresenteerd. Zij vormen het kader voor de inzet op economie, innovatie en werkgelegenheidsgroei. Een doorontwikkeling van de beide agenda’s volgt dit najaar en wordt begin 2017 gepresenteerd.

Vanuit deze kaders richten we ons op de grote opgaven en kansen, waarbij we waar nodig of mogelijk deze in hun samenhang oppakken. De samenhang die veel van deze opgaven kenmerkt, klinkt door in onze inzet die wij doorvertalen naar integrale stedelijke investeringsproposities. We moeten onze schaarse middelen effectief inzetten en daarbij inspelen op de transities in de stad. Momenteel zijn de volgende vijf proposities in ontwikkeling:

1.Central Innovation District (‘CID’).

Het CID omvat het gebied rondom de drie grote treinstations van Den Haag, inclusief Beatrixkwartier, grote delen van de Binnenstad, en Binckhorst/Laakhaven. Het gebied kent een grote concentratie van economische en maatschappelijke functies en werkgelegenheid. Het CID maakt deel uit van de ‘kennisas’ van de metropoolregio en is direct aangetakt op Schiphol en de overige economische centra van de Randstad. Het CID is het economisch centrum van Den Haag, met een van de hoogste concentraties van banen in Nederland. De transitie naar een digitale economie vormt een bedreiging voor ‘kantoorwerk’ maar kansen voor vernieuwing van bestaande en de komst van nieuwe, innovatieve bedrijven. Cybersecurity, impact economy, Vrede en Recht, bestuur en onderwijs zijn centrale thema’s waarin bestaande Haagse expertise een basis voor nieuwe groei kan vormen. Met een sterke, gecombineerde inzet op de kwaliteit van de openbare ruimte, gevestigde functies, de diversiteit en de dichtheid van het gebied scheppen we in de onderscheiden drie deelgebieden een aantrekkelijke vestigingsklimaat en realiseren we groei in innovatieve bedrijven, instellingen en werkgelegenheid, ruimte voor meer centrumbewoners, versterking van cultuur en recreatie en een verdere toename van het aantal studenten. Het CID levert daarmee ook een cruciale bijdrage aan de kwaliteit van leven in de gehele stad en de kansen op onderwijs en werk voor bewoners van omliggende wijken.

2.Aantrekkelijke Kust.

Den Haag heeft 11 kilometer strand, twee badplaatsen, een zeehaven en veel natuur langs de kust. Deze onderscheidende propositie bepaalt in sterke mate het woon- en leefklimaat in onze stad én onze regio. Geen enkele andere stad in Nederland en België kan deze kwaliteiten bieden aan haar inwoners, bezoekers en bedrijven. Toerisme en innovatie rond de zeehaven bieden kansen op meer werkgelegenheid in de stad. De betekenis van onze kust voor de kwaliteit van leven in Den Haag kan en moet groter. Dit betekent enerzijds het koesteren en toegankelijk houden van de rust, ruimte en natuur langs sommige delen van de kust, evenals ontspannings- en recreatiemogelijkheden. Tegelijk biedt dat ons de kans tot het versterken van een aansprekend horeca- en vrijetijdsaanbod in de economische kerngebieden langs de kust, waarmee we ook de werkgelegenheid, juist ook voor laag- en middelbaar geschoolde mensen, vergroten .

3. Schaalsprong regionaal OV.

De intensivering van Den Haag met werkenden, bezoekers, toeristen en bewoners leidt tot toenemende capaciteitsproblemen op zowel het wegennet als in het openbaar vervoer. De kwaliteit van de bereikbaarheid per openbaar vervoer blijft achter, terwijl zonder een transitie in de modaliteitskeuze richting meer gebruik van fiets en openbaar vervoer, de autoverkeer verder vastloopt. Een schaalsprong in de bereikbaarheid per openbaar vervoer in Den Haag levert meer rechtstreekse verbindingen vanuit de regio, meer capaciteit en snellere verbindingen in de stad naar de economische kernlocaties: het CID, de internationale zone en de kust. Daarmee vergroten de samenhang van stad en regio als een regionale vervoers- en arbeidsmarkt en versterken we de (inter)nationale concurrentiepositie van Den Haag.

4. Next generation stadswijken duurzaam en vitaal.

Deze propositie neemt de wijken van Den Haag en haar bewoners als uitgangspunt. Hoe zorgen we dat Den Haag in 2030 vitale stadswijken heeft die duurzaam zijn en mee kunnen bewegen met de transities? Hoe benutten we het potentieel van de stad in de nieuwe economie? Wat betekent dit voor de investeringen in wat nu kwetsbare wijken zijn? We zien dat inwoners van wijken als Schilderswijk, Transvaal, Moerwijk en Laak gemiddeld een zwakkere positie hebben ten opzichte van inwoners van andere wijken in Den Haag. Problematiek rond werk, armoede, opleidingsniveau, schulden en gezondheid spelen hier breder en zijn hardnekkiger. We zetten daarom in op vier ontwikkelpaden: wijkeconomie en werk, onderwijs, duurzaam en levensloopbestendig wonen en gebiedsspecifieke impulsen. Hiermee bestrijden we de korte termijn gevolgen van economische en demografisch transities en ondersteunen we de wijkbewoners in hun kansen op onderwijs, werk, huisvesting en maatschappelijke participatie.

5. Vitaal Gezond Langer Thuis Wonen.

Het beroep op en de kosten van de zorg groeien door de vergrijzing en de toename van chronisch zieken in alle leeftijdsgroepen. De propositie Vitaal Gezond Langer Thuis Wonen geeft hierop een antwoord. Onze inzet is een afname van de zorgvraag en een toename van de kwaliteit van leven voor Hagenaars. Dat realiseren wij op een ‘warme’ manier: de menselijke maat voorop en maximaal ondersteund door ‘slimme’ technologie. Onderdeel van de propositie vormen proefprojecten rond de inzet van ICT, faciliteren van participatie en fysieke aanpassingen in de woning en woonomgeving. Daarmee benutten we de kansen van de digitale innovaties voor de opgaven van de sociale transities in de stad.

De proposities vormen input voor investeringsagenda’s van Den Haag en de regio. Voor Den Haag gaat het op dit moment met name om de Ruimtelijk-Economische Investeringsstrategie (‘REIS’). Dit gemeentelijk investeringsprogramma wordt in september tezamen met de Programmabegroting aan de Raad voorgelegd en vormt daar financieel onderdeel van. De REIS kent een perspectief over de periode 2017-2027 en wordt jaarlijks geactualiseerd. De REIS sluit aan op de voornoemde proposities in het kader van ‘Stad in Transitie’ maar biedt ook aansluiting op de Agenda Ruimte voor de Stad, Agenda Groen, de nieuwe Woonvisie, de MRDH-investeringsstrategie en ook de Rijksagenda Stad (o.a. City Deals). De investeringsopgaven, die voortkomen uit deze trajecten, zullen onder andere moeten landen binnen de gemeentelijke investeringsprogramma's. Daarnaast omvat ze ook bestaande investeringsopgaven vanuit de agenda’s stedelijke economie, kenniseconomie, internationale economie, de duurzaamheidsagenda, binnenstadsplan, de Haagse Nota Mobiliteit, nota’s verkeer en de kadernota openbare ruimte.

Voor deelthema’s zijn of worden specifieke nota’s en uitvoeringsprogramma’s voorbereid. De genoemde transities rond mobiliteit zijn aanleiding voor een kritische beschouwing van de ingezette koers van Haagse Nota Mobiliteit (2011). Ook het identificeren en benutten van nieuwe kansen hoort daarbij. Dit najaar wordt de Haagse mobiliteitsagenda aan de Raad aangeboden. Deze sluit aan op de inzet vanuit Stad in Transitie en de propositie Schaalsprong regionaal OV en richt zich onder meer op ruimte maken in de stad, aanbod gestuurd parkeerbeleid, fietsstad, schaalsprong openbaar vervoer, ruimte voor initiatieven en innovatie.

In 2015 heeft Den Haag het uitvoeringsprogramma Smart City Den Haag ingericht. Doel is samen met kennisinstellingen, bedrijven en burgers, pilots en projecten uit te voeren die met inzet van innovatieve technologie maatschappelijke vraagstukken adresseren. De activiteiten hebben tot doel een stevige digitale impuls te geven aan het vestigingsklimaat voor bedrijven en de kwaliteit van leven en de duurzaamheid van de regio Den Haag. Hiermee worden ook transitiethema’s geadresseerd.
Den Haag is dit voorjaar toegetreden tot het 100 Resilient Cities netwerk van de Rockefeller Foundation. De steden uit dit netwerk ontvangen geld en expertise van de Rockefeller Foundation voor het aanstellen van een Chief Resilience Officer. Deze CRO stuurt projecten aan die het weerstandsvermogen en de veerkracht (resilience) van de stad verhogen. In Den Haag gaat het om projecten op het gebied van cybersecurity en kustverdediging. De enige andere Nederlandse stad die is toegelaten tot dit netwerk is Rotterdam, waarmee Den Haag ook in dit verband samenwerking zoekt via de Metropoolregio. Doel van het netwerk Resilient Cities is om steden over de hele wereld weerbaarder te maken voor fysieke, sociale en economische schokken en problemen. Deze opgaven hangen sterk samen met de benoemde transities.

De Metropoolregio Rotterdam-Den Haag heeft met andere bestuurlijke partners het regionaal investeringsprogramma ‘Investeren in Vernieuwing’ ontwikkelt. Dit programma zet in op verbeterde bereikbaarheid, economische vernieuwing (economische transitie), toonaangevende verduurzaming en versterking van de attractiviteit van de regio. Het programma is in juli aan de Minister-president aangeboden en een verzoek tot zienswijze ligt binnenkort voor bij de Raad. Het programma is gebaseerd op de inbreng van investeringsproposities van de 23 deelnemende gemeenten en hun partners. Den Haag heeft haar inbreng geconcentreerd op de eerste vier proposities onder de noemer Stad in Transitie (de vijfde is nadien opgepakt). Het regionaal investeringsprogramma is in kaart gebracht op de website www.investeringsprogramma.nl.

De MRDH is eind 2015 gestart met de ontwikkeling van het project Roadmap Next Economy. Doel ervan is te komen tot de ontwikkeling van een meer concurrerende economische regio langs een vijftal transitiepaden, die perspectief en investeringsopgaven formuleren op de centrale opgaven voor de regio. De transitiepaden betreffen de thema’s digitalisering, energietransitie, circulaire economie, de ondernemende regio en ‘next society’ (met een focus op onderwijs, arbeidsmarkt, inclusieve economie). De RNE wordt nadrukkelijk samen met private partijen opgesteld en wil een antwoord bieden op de vraag hoe de gewenste transities kunnen worden versneld en knelpunten rond werkgelegenheid kunnen worden getackeld door de inzet op nieuwe vormen van werk en het optimaal equiperen van de beroepsbevolking op de ‘next economy’. Op 26 mei is de RNE toegelicht aan leden van de 23 gemeenteraden tijdens een bijeenkomst in Zoetermeer. De RNE wordt afgerond in november.

Budgettair kader en financiële ontwikkelingen

Het vertrekpunt voor de programmabegroting 2017-2020 is de voorjaarsnota 2016. Deze paragraaf gaat in op de ontwikkelingen sinds het verschijnen van de voorjaarsnota 2016 die het budgettair kader hebben beïnvloed. Inclusief de door de gemeente getroffen maatregelen bedraagt het kader incidenteel € 96,232 mln. en structureel € 7,323 mln. Het budgettaire kader is de ruimte waarbinnen de knelpunten en intensiveringen zijn gedekt.

In de kolom budgettair kader treft u het kader aan van de ontwerpbegroting 2017-2020. In de kolom intensiveringen ziet u hoe we de budgettaire ruimte hebben ingezet. Verderop in dit hoofdstuk worden de verschillende onderwerpen nader beschreven. In de programma’s zijn de maatregelen inhoudelijk toegelicht.

Onderdelen

Incidenteel

Structureel

(- nadelig)

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Budgettair kader

Voorjaarsnota

34.238

2.304

2.725

1.959

2.228

Actualisatie exogene ontwikkelingen

24.998

100

-150

-450

-1.640

Actualisatie en maatregelen lopende begroting

36.996

6.301

6.001

6.301

6.735

Totaal budgettair kader

96.232

8.705

8.576

7.810

7.323

Intensiveringen (en knelpunten)

Investeren in een groter verdienvermogen van de stad

-19.908

-850

-850

-1.100

-1.100

Groei-met-Groei middelen

-12.386

-1.976

-1.976

-1.976

-2.193

Investering in de openbare ruimte

-10.500

-900

-1.100

-1.100

-700

Méér werkgelegenheid

-9.000

-1.450

-1.450

-1.450

-1.450

Onvermijdelijke knelpunten en eerdere afspraken

-48.180

-340

-2.650

-2.150

-1.850

Totaal intensiveringen (en knelpunten)

-99.974

-5.516

-8.026

-7.776

-7.293

Saldo (kader + intensiveringen)

-3.742

3.189

550

34

30

Overheveling naar incidenteel

3.742

-3.189

-550

-34

-30

Totaal

0

0

0

0

0

Actualisatie exogene ontwikkelingen

Actualisatie exogene ontwikkelingen

Incidenteel

Structureel

(-nadelig)

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Accres gemeentefonds nav Meicirculaire

6.000

Areaal OZB

200

Meer toeristenbelasting

200

200

200

200

200

Deelneming HTM

(Her)financiering HTM

5.098

Financiële consequenties ontvlechting aandeelhouderschap HTM als gevolg van vertrek NS/Abellio

- 5.700

Vrijval Rente agv afgesloten en goedkopere leningen 2016

3.000

1.400

1.400

1.400

1.400

BBV Vernieuwing: Renteffect herziening negatieve plannen

5.000

BBV Vernieuwing: Verlagen omslagrentepercentage/Weglek op tarieven

-1.500

-1.500

-1.500

-1.500

BBV Vernieuwing: Activeren maatschappelijk nut/rente effect grondexploitatie

11.700

-250

-550

-1.940

Herijking weerstandsvermogen

5.700

Minder inkomsten Erfpacht

-6.000

Totaal actualisatie exogene ontwikkelingen

24.998

100

-150

-450

-1.640

Na het uitbrengen van de voorjaarsnota deed zich een aantal exogene ontwikkelingen voor die het budgettaire kader beïnvloedden. Daarnaast zijn de effecten van de wijzigingen in het BBV in kaart gebracht. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de voorjaarsnota zijn hieronder nader toegelicht.

Accres gemeentefonds

In de meicirculaire van het gemeentefonds is het accres van het gemeentefonds bekend gemaakt. De Haagse raming van de accressen ten opzichte van de voorjaarsnota zijn gewijzigd. Dit leidt tot € 6 mln. incidentele extra ruimte. De circulaire 2016 geeft geen aanleiding om voor 2017-2020 de gemeentelijke accresraming te wijzigen.

(Her)financiering HTM

Den Haag is de belangrijkste financier van de HTM. MRDH wil deze taak overnemen en is momenteel bezig met het aanpassen van haar regelementen hierop en de besluitvorming die daar bij hoort. Dit traject is vermoedelijk eind 2016 begin 2017 afgerond. Hierdoor zal het college de raad eind 2016 voorstellen om de huidige leningen, die dan aflopen, kortdurend te verlengen in plaats van een langlopende nieuwe lening te verstrekken. Hierdoor hoeft geen extra voorziening te worden getroffen en valt het hiervoor gereserveerde bedrag vrij.

Financiële consequenties ontvlechting aandeelhouderschap HTM als gevolg van vertrek NS/Abellio
In de periode tussen voorjaarsnota en voor het zomerreces werd duidelijk dat NS de samenwerking met de HTM op een andere manier wilde voorzetten dan via aandeelhouderschap van HTM. Hierdoor kan HTM Beheer niet de € 9,4 mln. maar € 3,7 mln. aan dividend in 2016 aan de gemeente uitkeren. Dit levert een nadeel op van € 5,7 mln. op.
Activeren maatschappelijk nut en rente-effect grondexploitatie
Tot en met 2015 maakten bij een aantal grondexploitaties van de gemeente de noodzakelijke investeringen in de openbare ruimte, alsmede andere fysiek ruimtelijke voorzieningen, deel uit van de grondexploitaties. Met ingang van 2016 is dat door de gewijzigde wet- en regelgeving niet langer toegestaan. Dit heeft tot gevolg dat deze investeringen uit de grondexploitaties moeten worden gehaald en dat deze investeringen moeten worden geactiveerd op de gemeentelijke balans. Per saldo kan € 11,7 mln. incidenteel vrijvallen ten gunste van het budgettaire kader. Hier staan structurele kapitaallasten tegenover om de investeringen te kunnen dekken. Feitelijk is hier sprake van een omdraaiing van dekkingsbronnen.

Erfpacht

Door de lage marktrente, daalt ook het canonpercentage voor erfpacht. Daardoor ontvangt de gemeente minder erfpachtbaten. Het erfpachtbaten fluctueerden de afgelopen jaren flink. Daarom wordt nu voor 2017-2019 € 2 mln. per jaar beschikbaar gesteld. Op basis van realisaties monitort de gemeente de komende jaren de ontwikkeling en treft op basis daarvan passende maatregelen.

Actualisatie en maatregelen lopende begroting

Actualisatie en maatregelen lopende begroting

Incidenteel

Structureel

(-nadelig)

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Onderbesteding in de exploitatie

Onderbesteding onderwijs

500

Voordeel exploitatie parkeren

1.000

2.000

2.000

2.000

2.000

Onderbesteding in het MIP

Vrijval Meerjareninvesteringsplan

5.350

3.200

3.200

3.200

3.200

Vervangingsinvesteringen (CJG, Ado en Kessler)

5.519

-550

-550

-550

-550

Vrijval kapitaallasten conform VJN

434

Onderbesteding in de reserves

Herijking programmareserves

11.299

Reserve onroerendzaakbelasting

3.000

Reserve Bodem

7.828

Reserve Ambulance

1.400

Maatregelen

Indexeren parkeerbelasting

450

450

450

450

Indexering toeristenbelasting

78

78

78

78

Indexering hondenbelasting

23

23

23

23

Park+Ride Forepark van indexatie parkeerbelasting

-400

-400

-400

Rentevoordelen 2018 en 2019

100

400

400

Reclame-inkomsten

1.100

1.100

1.100

1.100

1.100

Totaal actualisatie en maatregelen lopende begroting

36.996

6.301

6.001

6.301

6.735

Een combinatie van maatregelen en actualisatie van de lopende begroting leidt tot het verruimen van budgettaire kader . De belangrijkste worden hieronder toegelicht.

Jaarlijks actualiseert de gemeente de projecten in het meerjareninvesteringsplan (MIP) op basis van de realisatie van het afgelopen jaar, de herijking van de planning, de risico’s in de uitvoering, het verwachte bestedingsritme en de verwachte middelen van derden. Dit leidt tot een incidentele vrijval van € 5,35 mln. en een structurele vrijval van € 3,2 mln. Een belangrijke oorzaak van de vrijval is het goedkoper uitvoeren van het grote infrastructuurproject de Neherkade.

Conform de bestaande regelgeving en afspraak met de raad analyseert de gemeente jaarlijks de noodzaak van de bestemmingsreserves, inclusief de programmareserves. Uit deze analyse blijkt dat er in de programmareserves € 11,2 mln. meer zit dan er aan realistische verplichtingen zijn. Daarnaast blijkt dat onder de reserve Bodem geen concrete plannen liggen en dat de reserve onroerendzaakbelasting in de praktijk niet gebruikt wordt. Beide reserves zijn daarom vrijgevallen. Tot slot zijn de reserves rendabele panden vrijgevallen, rekening houdend met lopende verplichtingen. Daar staat tegenover dat voor de voorgenomen investeringen in CJG’s en de Kesslerstichting, die uit deze reserve gedekt worden, structurele kapitaallasten beschikbaar zijn gesteld.

De gemeente heeft een nieuw contract voor buitenreclame afgesloten. Dit levert € 1,1 mln. extra op.

Intensiveringen

In de onderstaande tabellen treft u een overzicht aan hoe het budgettair kader is ingezet. Het gaat hierbij om forse investeringen in de economie, ruimtelijke investeringen, werkgelegenheid en openbare ruimte. Daarnaast zijn ook middelen vrijgemaakt voor de opgaven zoals die in de voorjaarnota zijn benoemd: herverdeeleffect bijstand en statushouders. In de programma’s zijn de intensiveringen inhoudelijk toegelicht.

Investeren in een groter verdienvermogen van de stad

Investeren in een groter verdienvermogen van de stad

Incidenteel

Structureel

(-nadelig)

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Investeren in de economie

-15.000

-500

-500

-750

-750

Evenementenbeleid: o.a. Festival Classique

-350

-350

-350

-350

Investeren in toerisme

-1.908

Aanvullen cofinancieringsfonds

-3.000

Totaal investeren in een groter verdienvermogen van de stad

-19.908

-850

-850

-1.100

-1.100

Groei-met-groei

In het coalitieakkoord 2014-2018 en de Voorjaarsnota 2015 is afgesproken dat een nieuwe systematiek wordt ontwikkeld om de opbrengsten van de groei van de stad ten goede te laten komen aan nieuwe ruimtelijk-economische investeringen. De afspraken beslaan de basiscomponenten: gemeentefonds, vrijval kapitaallasten, erfpacht, reserve grondbedrijf (RGB) en vrijval IpSO. De groei met groei-benadering biedt een financieringssystematiek voor de ruimtelijk-economische investeringsbehoefte van de stad. Deze systematiek wordt in deze begroting voor het eerst toegepast.

Groei-met-Groei middelen

Incidenteel

Structureel

(-nadelig)

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Groei-met-Groei cf. Voorjaarsnota

-6.951

-651

-651

-651

-868

Groei-met-Groei agv actualisatie MIP

-5.435

-1.325

-1.325

-1.325

-1.325

Totaal Groei-met-Groei middelen

-12.386

-1.976

-1.976

-1.976

-2.193

Inzet Groei-met-Groei middelen voor REIS

Incidenteel

Structureel

2016-2019

2017

2018

2019

2020

Projecten REIS incidentele dekking Groei-met-Groei

Museumkwartier (Amerikaanse Ambassade vastgoed)

-6.500

HSD Campus - doorontwikkeling

-3.100

The Hague Student Center

-2.000

Innovation Centre for Peace and Justice

-1.500

Hearing centre

-1.000

Westduinweg

-750

Binckhorstlaan, verbreding spooronderdoorgangen

-600

De Schilde - stadslandbouw

-270

Jan Luykenlaan, Transformatie winkelcentrum

-500

Kerkplein fase 2

-500

Almeloplein

-250

Inzet incidentele Groei-met-Groei-middelen

-16.970

Projecten REIS structurele dekking

Kern bijzonder fase 1

-40

-720

-708

Overkluizing Utrechtsebaan fase 1

-25

Rijnstraat/Bezuidenhoutseweg - kruispunt

Kijkduin tunnel parkeergarages

-10

Betje Wolffstraat

-4

-180

-177

-174

Herinrichting Fred. Hendriklaan

-10

-180

-177

Beachcity

-2

-120

-118

-116

Museumkwartier (buitenruimte)

-10

-120

-118

Inzet structurele Groei-met-Groei-middelen

-6

-360

-1.315

-1.328

Projecten REIS met overige dekking

Start-ups en impact economy

Dekking onder investeren in economie

P&R Forepark

Dekking onder investeren in openbare ruimte

Fietspaden

Dekking onder investeren in openbare ruimte

Projecten Groei-met-Groei buiten directe scope REIS

Onderzoek museum vrede en recht

-500

Evenementenbeleid

-500

-1.000

Totalen inzet Groei-met-Groei middelen

-17.970

-6

-360

-1.315

-1.328

In het raadsvoorstel REIS worden de projecten nader toegelicht. De beschikbaar gestelde structurele en incidentele dekking voor projecten voor het REIS vertaalt zich tot een investeringsvolume van € 52,6 mln.

Méér werkgelegenheid

Incidenteel

Structureel

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Investeren in werk: meer mensen aan het werk

-9.000

Investeren in werk: beheer fietsparkeerplaatsen

-450

-450

-450

-450

Investeren in Werk: meer conciërges

-1.000

-1.000

-1.000

-1.000

Méér werkgelegenheid

-9.000

-1.450

-1.450

-1.450

-1.450

Investering in de openbare ruimte

Investering in de openbare ruimte

Incidenteel

Structureel

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Fietspaden

-200

-200

-200

Verkeersveiligheid

-2.000

Straten, wegen en lanen

-2.000

Werk-met-werk

-4.000

-500

-500

-500

-500

Herinrichting openbare ruimte Loosduinen

-2.500

Markten, straathandel en kiosken

-400

-400

-400

Totaal investering in de openbare ruimtr

-10.500

-900

-1.100

-1.100

-700

Onvermijdelijke knelpunten en eerdere afspraken

Opgaven

Incidenteel

Structureel

2016-2020

2017

2018

2019

2020

Statushouders

Huisvesting statushouders

-1.700

Kosten sociaal domein tbv statushouders

-9.400

Bijstand

Herverdeeleffect BUIG 2016

-24.600

Overig

Indexering Rotterdamse Baan

-1.200

Derving inkomsten proces verbaal

-1.580

Apparaatstekort Stedelijke ontwikkeling

-5.000

-1.500

-1.500

-1.500

Knelpunten en voortzetting beleid

ADO in de maatschappij

-150

-150

-150

-150

Strategienota dienstverlening

-1.200

Invoering omgevingswet

-2.000

500

800

Haags warmte initiatief

-1.000

Topografie

-400

Structurele borging HEIT

-700

-700

-700

Herallocatie middelen tbv HEIT

550

700

700

700

Afhechten Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2017-2020 (o.a. Eschermuseum en besluit zienswijzen)

-250

-250

-250

-250

Vervangingsinvesteringen Cultuur

-490

-750

-750

-750

Vervoer gewonde in het wild levende dieren (2017 en 2018)

-100

Totaal

-48.180

-340

-2.650

-2.150

-1.850

Vernieuwing Besluit Begroting en Verantwoording

Met ingang van de begroting van 2017 verandert het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Daarnaast zijn met ingang van 2016 de wettelijke voorschriften voor het omgaan met grondexploitaties gewijzigd. Dit heeft gevolgen voor de begroting van de gemeente. Uitgangspunt van de wijzigingen is het versterken van de vergelijkbaarheid tussen gemeenten en het inzicht in de financiële positie voor de raad te vergroten. De wijzingen hebben vooral betrekking op een andere manier van presteren de beschikbare informatie in de programmabegroting. De gewijzigde regelgeving leidt er toe dat de verordening Financieel Beheer en Beleid en de verordening op de grondexploitaties moeten worden aangepast. De verordening Financieel beheer en beleid wordt in 2017 gewijzigd. De Rekenigencommissie wordt betrokken bij de wijzigingen. Bij het opstellen van de ontwerpbegroting 2017 is nog niet vooruitgelopen op keuzes die de gemeente binnen het gewijzigde BBV zelf kan maken. Omdat de wijzigingen voor de grondexploitaties al in 2016 ingaan, wordt deze verordening nog dit jaar aan de gemeenteraad voorgelegd, na raadpleging van de relevante commissies. De belangrijkste in deze begroting door wijzigingen in de regelgeving zijn:

Taakvelden

Er wordt een indeling van begroting en verantwoording in vijftig (beleids)taakvelden voorgeschreven door het ministerie van BZK.
Het BBV is momenteel zo ingericht dat de raad en het college elk voorzien worden van haar eigen stuurinformatie, respectievelijk de programmabegroting en de productenraming. De indeling daarvan is grotendeels vrij. Omdat er steeds meer behoefte is om gemeenten met elkaar te vergelijken, zijn taakvelden voorgeschreven. Daarnaast leiden taakvelden ertoe dat op landelijk niveau direct ontsluitbare informatie over gemeenten beschikbaar is.
De taakvelden komen naast de programma-indeling, in een overzicht bij de programmabegroting en programmarekening. Het toewijzen van de producten aan taakvelden is een technische exercitie. Den Haag kiest ervoor de programma - productenstructuur voor de rest van deze collegeperiode in stand gehouden. De bestuurlijke verantwoordelijkheden blijven hierdoor ongewijzigd, inclusief de autoriserende en controlerende taak van de gemeenteraad.
De introductie van de taakvelden betekent dat het opstellen van de productenraming en -realisatie niet meer wettelijk verplicht is. De productenraming en -realisatie worden daarom niet meer opgesteld, wel blijft deze informatie digitaal beschikbaar.

Inzichtelijkheid van overhead

Het doel van het BBV is te komen tot administratieve lastenverlichting en eenduidiger budgetbeheer en daarmee tot een betere beheersing van de kosten van de overhead. Dit doel moet worden bereikt door de overheadkosten apart inzichtelijk te maken en niet meer toe te rekenen aan programma-activiteiten.
Het doorberekenen van de overhead aan de verschillende programma’s is niet meer toegestaan. In plaats daarvan moet de overhead worden verantwoord op een afzonderlijk overzicht. Dit heeft als gevolg dat de budgetten van de beleidsprogramma’s afnemen en er één taakveld/overzicht is waarop alle overheadkosten worden begroot en verantwoord.
Om uniformiteit tussen gemeenten te realiseren schrijft het ministerie van BZK de definitie van overhead voor. Aangesloten wordt op de definitie overhead voor Vensters voor Bedrijfsvoering.

Aanpassing omslagrente

Het BBV schrijft voor hoe de omslagrente moet worden berekend. Hiermee is de berekeningswijze voor elke gemeente hetzelfde. Formeel gaat deze berekeningswijze per 2018 in. Den Haag kiest ervoor al in deze begroting de berekeningswijze te hanteren.
De omslagrente daalt van 4 naar 2 procent. Voor een beperkt deel komt dit door een andere manier van berekenen van het omslagrentepercentage. De belangrijkste oorzaak is dat de portefeuillerente zo ver is gedaald, dat aanpassing noodzakelijk is

Activeren activa met een maatschappelijk nut

Met ingang van 2017 is het verplicht activa met een maatschappelijk nut, zoals bruggen, fietspaden en kademuren, te activeren. Tot en met 2016 bestaat de keuzemogelijkheid deze investeringen rechtstreeks in de exploitatie op te nemen of in één keer ten laste van de reserves te brengen.
De wijziging heeft vooral invloed op investeringen die rechtstreeks uit de exploitatie worden gedekt. Voor investeringen die al geactiveerd worden, is er geen effect. Voor investeringen die gedekt worden uit investeringen verandert alleen de presentatie.
Het college werkt een nadere voorstel uit hoe de gemeente het beste met deze wijziging om kan gaan. Dit voorstel wordt als onderdeel van de te wijzigen Verordening Financieel Beheer en beleid aan de gemeenteraad voorgelegd.

Grondexploitaties

Onder de nieuwe regelgeving mogen investeringen in de openbare ruimte en activa niet langer deel uitmaken van een grondexploitatie. Deze investeringen maken voortaan deel uit van het gemeentelijk investeringsprogramma. Op hoofdlijnen zijn de financiële effecten hiervan verwerkt in het halfjaarbericht 2016 en de meerjarenbegroting 2017-2020. Het betreft hier een complexe operatie, daarom wordt nog voor het einde van het jaar een meer gedetailleerd voorstel aan de gemeenteraad voorgelegd.
De manier waarop de rente aan het grondbedrijf dient te worden toegerekend is veranderd. Voortaan dient een op de marktrente gebaseerd percentage aan de grondexploitaties te worden toegerekend, in plaats van de omslagrente. De financiële effecten hiervan zijn als autonoom effect op het grondbedrijf in de begroting verwerkt.

Samenstelling college van burgemeester en wethouders

Jozias van Aartsen, Burgemeester

Portefeuille: Openbare orde en veiligheid, Algemene bestuurlijke aangelegenheden en Representatie
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
2 College en Bestuur
4 Openbare orde en veiligheid

Ingrid van Engelshoven

Portefeuille: Kenniseconomie, Internationaal, Jeugd en Onderwijijs
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
6 Onderwijijs
9 Jeugd
11 Economie, Internationale stad en Binnenstad

Stadsdeelwethouder Haagse Hout en Loosduinen

Rabin Baldewsingh

Portefeuille: Sociale zaken, Werkgelegenheid, Wijijkaanpak en Sport
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
3 Dienstverlening
7 Werk, Inkomen en Armoedebeleid
12 Sport
18 Interne dienstverlening
19 Stadsdelen en Wijkaanpak

Stadsdeelwethouder Escamp en Laak

Joris Wijsmuller

Portefeuille: Stadsontwikkeling, Wonen, Duurzaamheid en Cultuur
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
5 Cultuur en Bibliotheek
14 Wonen en Duurzaamheid
15 Stadsontwikkeling

Stadsdeelwethouder Segbroek

Boudewijn Revis

Portefeuille: Binnenstad, Stadsontwikkeling Kerngebieden en Buitenruimte
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
10 Ontwikkeling Buitenruimte
15 Stadsontwikkeling

Stadsdeelwethouder Centrum

Karsten Klein

Portefeuille: Stedelijke economie, Zorg en Havens
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
8 Zorg en Welzijijn
11 Economie, Internationale stad en Binnenstad

Stadsdeelwethouder Scheveningen

Tom de Bruijn

Portefeuille: Financiën, Verkeer, Vervoer en Milieu
Coördinerend portefeuillehouder van de programma’s:
13 Verkeer en Milieu
16 Financiën
17 Overige beleidsvoornemens

Stadsdeelwethouder Leidschenveen-Ypenburg

Kengetallen Den Haag

Kengetallen Den Haag