Inleiding

De gemeente bezit veel en divers vastgoed, zoals welzijnsaccommodaties, sportfaciliteiten, kantoorgebouwen, schoolgebouwen, theaters, parkeergarages en musea. Daarnaast beschikt de gemeente ook nog over diverse bijzondere objecten, met vaak een historische waarde, zoals kerktorens en molens.

Ambitie

De ambitie van de gemeente is een zo efficiënt mogelijk beheer en inzet van het gemeentelijke vastgoed. Het ontwikkelen en in bezit hebben van vastgoed is voor de gemeente geen doel op zich, maar ondersteunend aan de bestuurlijk vastgestelde (maatschappelijke) beleidskaders en doelstellingen. In het coalitieakkoord 2014-2018 is de ambitie opgenomen de gemeentelijke vastgoedportefeuille te verduurzamen en is een taakstelling opgelegd van € 5 mln. boekwinst op te verkopen vastgoed.

Verkooptaakstelling
Panden die niet meer benodigd zijn voor het uitvoeren van de gemeentelijke beleidsdoelstellingen worden tegen marktconforme prijzen verkocht. Voordat de gemeente vastgoed verkoopt, wordt bekeken of het vastgoed ingezet kan worden voor andere gemeentelijke beleidsdoelstellingen. De taakstelling voor te verkopen vastgoed is verdeeld over 2015 voor € 0,3mln., 2016 voor € 1,7 mln., 2017 voor € 1,5 mln. en 2018 voor € 1,5 mln. De boekwinst op het te verkopen vastgoed is het resultaat dat overblijft wanneer de boekwaarde van vastgoed met de verkoopwaarde en de verkoopkosten worden verrekend. Vooral vastgoed dat recent is aangekocht (< 10 jaar) kent in veel gevallen een hoge boekwaarde ten opzichte van de huidige marktwaarde. Aangezien de gemeente jaarlijks de boekwaarde van vastgoed met een niet-maatschappelijke functie aan de marktwaarde toetst, is het risico op verkoopverlies klein. Een boekwinst is echter niet vanzelfsprekend. De taakstelling voor 2016 betreft € 1,7 mln. Deze taakstelling is op dit moment (augustus 2016) reeds behaald, op basis van 11 verkooptransacties. Aangezien verkooptransacties vaak enkele maanden in beslag nemen, is nog niet duidelijk of de realisatie over 2016 nog hoger wordt. Lopende verkooponderhandelingen zullen naar verwachting veelal in 2017 tot een verkooptransactie leiden.

Het realiseren van de opbrengsten hangt van twee factoren, de actuele marktomstandigheden en het aanbod van te verkopen panden. In het tweede half jaar van 2016 zal er een actualisatie van de portefeuilleanalyse plaatsvinden. Het doel van de portefeuilleanalyse is om duidelijk te krijgen welk vastgoed de gemeente niet meer nodig heeft voor beleidsdoelstellingen en op deze manier te zorgen dat het aanbod van te verkopen panden op peil blijft. Wel merken we dat de voorraad ‘overtollig’ vastgoed kleiner wordt door de toenemende vraag naar vastgoed voor andere gemeentelijke doelstellingen, zoals de huisvesting van statushouders en Kleinschalig Opdrachtgeverschap. De verwachting is dat de taakstelling voor 2017 wordt gehaald, mede op basis van de verkooponderhandelingen die reeds zijn ingezet en nog gepland zijn. Het zicht op de verwachting 2018 zal blijken in de loop van 2017.

Verduurzaming
Verduurzamingsmaatregelen worden op natuurlijke vervangingsmomenten doorgevoerd, zoals bijvoorbeeld het isoleren van een dak wanneer de dakbedekking vervangen moet worden of vervanging door energiezuinigere installaties. Om een beter zicht te krijgen op de energetische conditie van een pand en verduurzamingsmaatregelen beter te borgen in de onderhoudsplannen wordt de MOP vanaf 2017 omgezet naar duurzame onderhoudsplannen (DMOP). Dit betekent dat vanaf medio 2016 bij de periodieke inspecties van panden tevens de energetische staat van het pand in beeld wordt gebracht.

Met deze informatie kunnen vanuit de DMOP verduurzamingsscenario’s onderzocht worden. In een periode van drie tot vier jaar hebben alle panden een her-inspectie gehad en zijn de MOP’s omgezet in DMOP’s. De financiering van verduurzamingsscenario’s kan op grond van de begrotingsvoorschriften niet uit de onderhoudsmiddelen worden bekostigd. De dekking voor de verduurzamingsmaatregelen moet worden gevonden via huurverhoging hetgeen past bij verbetering van de kwaliteit van het betreffende pand en lagere verbruikskosten voor energie.

Vastgoedportefeuille

De gemeente bezit per 1 januari 2016 in totaal 1.614 vastgoedobjecten (inclusief 64 aangehuurde panden en 1 aangehuurd perceel grond), die onder de verantwoordelijkheid van de CVDH vallen, waarvan 1.142 panden en 472 (onbebouwde) gronden. Het aantal administratieve eenheden (waaronder de verhuurbare eenheden) is hoger, namelijk 2.699, waarvan 1.944 eenheden op pandniveau en 755 eenheden op grondniveau. Dit is exclusief de in regulier erfpacht uitgegeven objecten en het eigendom van de openbare ruimte.

Het vastgoedbezit van de gemeente Den Haag kan worden onderverdeeld in de volgende categorieën: maatschappelijk vastgoed, commercieel vastgoed, ontwikkelingsvastgoed, intern vastgoed en bijzonder vastgoed. Dit is uitgedrukt in een percentage van het totale aantal panden (1.142) en in onderstaand cirkeldiagram weergegeven.


In onderstaande tabel zijn het aantal panden per begrotingsprogamma weergegeven en de boekwaarde per begin van het jaar 2016 tot en met 2020. De boekwaarde van de panden daalt jaarlijks door de afschrijving op het vastgoed. Investeringen in vastgoed worden – conform de hiervoor geldende richtlijnen uit het BBV – over 25 jaar afgeschreven in geval van aankoop of renovatie en over 40 jaar in geval van nieuwbouw. De verschuiving van het programma interne dienstverlening naar het programma Overhead vloeit voort uit wijziging in de regelgeving van het BBV ingaande in het begrotingsjaar 2017.

Conform het BBV en de Richtlijn Waardering gemeentelijk vastgoed 2014 wordt jaarlijks de boekwaarde van vastgoed met een niet-maatschappelijke functie aan de marktwaarde getoetst. Voor de bepaling van de marktwaarde van een vastgoedobject kan zowel de WOZ-waarde als een recente onafhankelijke taxatie worden gehanteerd. Afwaarderingen kunnen naar hun aard niet worden begroot. Daarom is dit risico in het risicocumulatiemodel voorzien en eventuele afwaarderingen worden daarmee opgevangen via het weerstandvermogen van de gemeente.

In onderstaande tabel is het aantal (geregistreerde) panden1 en de boekwaarde (exclusief activa in aanloop) weergegeven per begin van het jaar 2016 tot en met 2020 per begrotingsprogramma

Programma

Aantal panden 1)

Raming in € 1.000

2016

2017

2018

2019

2020

03 - Wijkaanpak en Dienstverlening

1

0

0

0

0

0

05 – Cultuur en Bibliotheek

64

68.221

61.190

54.205

47.319

43.612

06 - Onderwijs

369

394.505

379.292

364.186

349.219

334.499

07 - Werk, Inkomen en Armoedebeleid

23

9.076

8.596

8.116

7.674

7.251

08 - Zorg en Welzijn 2)

119

47.696

45.891

44.096

42.347

40.625

10 - Ontwikkeling buitenruimte

77

23.283

22.545

21.807

21.072

20.337

11 - Economie, Internationale stad en Binnenstad

5

427

427

427

427

427

12 - Sport

40

121.239

115.508

109.865

104.278

98.912

13 - Verkeer en Milieu

109

7.737

7.537

7.337

7.137

6.937

14 - Wonen en duurzaamheid 2)

2

1.708

1.602

1.567

1.532

1.497

15 - Stadsontwikkeling

218

96.727

94.658

92.589

90.520

88.451

18 - Interne dienstverlening

115

214.312

4.079

3.744

3.409

3.112

20 - Overhead

0

202.436

195.033

187.673

180.386

Totaal aantal en boekwaarde per 1 januari

1.142

984.931

943.761

902.972

862.607

826.046

Samenstelling vastgoed in % van de totale boekwaarde

Totaal onrendabel

73%

74%

74%

73%

73%

Totaal rendabel

27%

26%

26%

27%

27%

Totaal vastgoed

100%

100%

100%

100%

100%

2) Ten opzichte van de stand volgens de jaarverantwoording per 31 december 2015 zijn er met ingang van 1 januari 2016 een gering aantal omlabelingen doorgevoerd in de aantallen per programma met overeenkomstige i.v.m. statushouders en kleinschalig opdachtgeverschap.

Investeringen

In het Meerjarig Investeringsplan 2017 -2020 zijn de investeringen per project gespecificeerd, zoals voor het Spuikwartier, repetitieruimte voor het Residentieorkest, vervangingsinvesteringen van theater technische installaties in diverse cultuuraccommodaties, multifunctionele complexen voor onderwijs, kinderopvang, Centra voor Jeugd en Gezin (CJG) en Welzijn. Verder de Sportcampus, aankoop sportcluster Celeritas en tenslotte voor huisvesting van statushouders.

Programma

Totaalbedrag Investering

Raming in € 1.000

2016

2017

2018

2019

2020*

05 – Cultuur en bibliotheek

175.522

38.917

79.127

38.807

18.671

06 - Onderwijs

22.808

15.743

5.285

1.230

250

300

08 - Zorg en Welzijn

900

450

450

09 - Jeugd

12.400

2.150

4.300

200

2.522

3.228

12 - Sport

31.736

25.486

6.250

13 - Verkeer en Milieu

800

400

400

14 - Wonen en duurzaamheid

13.767

13.767

0

Totaalbedrag actualisatie investeringen MIP per kasjaarschijf

257.933

96.913

95.812

40.237

21.443

3.528

Vanwege de urgentie wordt in 2016 en 2017 geïnvesteerd in de vervanging van de theatertechnische installaties in de cultuuraccommodaties Theater aan het Spui, de Koninklijke Schouwburg, Theater Diligentia en het Museon.

De bouw van Sportcampus Zuiderpark is in volle gang. Na de oplevering eind 2016/begin 2017 wordt het complex in 2017 in gebruik genomen door de sportopleidingen van ROC Mondriaan en de Haagse Hogeschool. Het gemeentelijke deel bestaat uit onder andere een topsporthal, een breedtesporthal, een turnhal en een beachvolleybalhal.

De oplevering van de voorzieningencluster aan de Melis Stokelaan bij het Sophia Revalidatiecentrum is voorzien in 2017. In het nieuwe pand komen een medisch kinderdagverblijf, twee scholen voor speciaal onderwijs en behandelruimten van Sophia Revalidatie. Met het nieuwe pand ontstaat er een integrale zorg-, onderwijs- en verblijfsaccommodatie.

De bouwkundige renovatie van de gebouwschil van het World Forum Congres Centre is in 2016 opgeleverd. De interne renovatie en vernieuwing van met name de installaties is nog gaande. Een complicerende factor is dat het pand gedurende de werkzaamheden in gebruik blijft. De oplevering is voorzien medio 2017.

Na de sloop van de bestaande oude bebouwing aan de Bentelostraat is de bouw van Brede Buurtschool Morgenstond in april 2016 van start gegaan. De nieuwbouw wordt verbonden met de bestaande basisschool De Krullevaar. In het nieuwe complex wordt kinderopvang, welzijn voorschoolse educatie en een CJG gehuisvest. Tevens wordt in dezelfde bouwstoom de nieuwbouw voor SBO De Haagse Beek gerealiseerd. De oplevering is gepland medio 2017.

Een drietal locaties is in onderzoek om aldaar in de komende jaren nog drie Brede Buurtscholen te realiseren, namelijk de schoollocaties aan de Beeklaan, Donker Curtiusstraat en Diamanthorst. Onderdelen van het te realiseren programma zijn onderwijs, CJG en kinderopvang. Mogelijk worden nog ruimten voor welzijnsorganisaties aan het programma toegevoegd.

Naast genoemde projecten wordt gewerkt aan diverse projecten waaronder kindercentra bij scholen en de uitbreiding van de HSD-campus (The Hague Security Delta) aan de Wilhelmina van Pruisenweg.

Voor de huisvesting van statushouders is in 2016 de eerste locatie aan de Scheveningseweg opgeleverd. Tegelijkertijd zijn plannen uitgewerkt voor transformatie van bestaande panden zoals Waalsdorperweg en Zieken. Aan de Jupiterkade worden de werkzaamheden voorbereid voor het plaatsen van containerwoningen. Daarnaast zijn plannen gemaakt voor nieuwbouw van woningen aan de Zwaardvegersgaarde 95 en in Deelplan 20 in Ypenburg.

Verhuur en vastgoedexploitatie

Veel van het maatschappelijke vastgoed wordt verhuurd aan derden, zoals welzijnsorganisaties, sportverenigingen en culturele instellingen. Met al deze instellingen zijn in de regel langdurige huurovereenkomsten gesloten. Deze verhuringen zijn kostendekkend, met dien verstande dat de rente- en kapitaallasten niet (altijd) uit de huurinkomsten worden gedekt, maar uit andere door de raad beschikbaar gestelde middelen (investeringsplan). In bepaalde gevallen subsidieert de gemeente vanuit de beleidsprogramma’s de huur die gebruikers moeten betalen, bijvoorbeeld bij cultuur- en welzijnsinstellingen.

Vastgoed dat aan commerciële partijen wordt verhuurd, wordt in de regel tegen een marktconforme prijs verhuurd. Dit marktconforme tarief is niet altijd integraal kostendekkend, waardoor de exploitatie van deze panden een negatief resultaat kan hebben. Hierbij moet met name worden gedacht aan de (tijdelijke) commerciële verhuur van vastgoed dat is aangekocht voor stedelijke ontwikkeling. Voor het opvangen van de negatieve exploitatieresultaten op het ontwikkelingsvastgoed zijn binnen het Programma Stadsontwikkeling strategische vastgoedreserves gevormd. De feitelijk behaalde exploitatieresultaten worden met deze programmareserves verrekend. Dit is verwerkt als dekking via het saldo interne verrekeningen.

In onderstaande tabel zijn de begrote lasten van het vastgoed, de dekking en het toegestaan nadelig saldo voor en na reserveringen weergegeven, tot en met 2020 per economische categorie

Omschrijving

Raming in € 1.000

2016

2017

2018

2019

2020

Lasten

- loon inclusief sociale lasten

4.094

4.094

4.094

4.094

4.094

- toegerekende rente vaste activa

40.411

19.322

18.506

17.699

16.967

- normale afschrijving op vaste activa

41.170

40.789

40.365

36.561

35.886

- energie

1.433

1.274

1.274

1.274

1.274

- belastingen

3.009

2.741

2.741

2.741

2.741

- aankoop niet duurzame goederen en diensten

20.060

20.752

19.031

19.323

18.781

- dotatie aan (onderhouds)voorzieningen

11.291

10.011

10.011

10.011

10.011

- afwaardering vastgoed

-

-

-

-

-

Totaal primaire lasten Vastgoed

121.468

98.983

96.022

91.703

89.754

Dekking

- overige toegerekende rente

15

8

8

8

8

- huren

30.357

30.922

30.000

29.571

28.896

- pachten

1.962

1.859

1.859

1.859

1.859

- overige goederen en diensten

665

265

265

265

265

- opbrengst verkoop vastgoed > boekwaarde

1.738

1.500

1.500

- vrijval voorzieningen

379

Totaal dekking via externe middelen

35.116

34.554

33.632

31.703

31.028

Dekking via saldo interne verrekeningen

36.005

27.000

25.814

26.159

25.187

Totaal dekking extern en intern

71.121

61.554

59.446

57.862

56.215

Nadelig saldo voor reserveringen

50.347

37.429

36.576

33.841

33.539

Onttrekking aan reserve Rendabele panden

351

Vrijval reserve Rendabele panden 1)

3.219

Toegestaan nadelig saldo na reserveringen

46.777

37.429

36.576

33.841

33.539

1) De reserve Rendabele panden vervalt per 31 december 2016 en valt daardoor vrij.

De verklaring voor het aanzienlijk lagere toegestaan nadelig saldo voor reserveringen voor het vastgoed vanaf het jaar 2017 ten opzichte van het jaar 2016, is met name gelegen in de interne renteverlaging van 4% naar 2% (vernieuwing BBV) met ingang van 1 januari 2017. Verder is zichtbaar dat vanaf het jaar 2019 de afschrijvingslasten lager zijn doordat een deel van de vaste activa geheel is afgeschreven. De lagere dotatie aan de onderhoudsvoorzieningen vanaf het jaar 2017 komt doordat er voor de wissellocaties (tijdelijk onderkomen voor onderwijs) een jaarlijks budget beschikking is gesteld. Het budget voor 2017 is nog niet vastgesteld. Voor de teruglopende huren is de oorzaak met name de tijdelijke verhuur van het Zuiderstrandtheater t/m 2019 en aflopende geraamde huuropbrengsten vanaf 2017 voor het parkeerterrein bij het Haga ziekenhuis. Tenslotte loopt de taakstelling voor opbrengst verkoop boven boekwaarde tot en met 2018 conform het coalitieakkoord 2014- 2018.

Leegstand

Leegstand kan tijdelijk of structureel zijn. Door incourantheid van de panden en onzekerheid van het toekomstperspectief is commerciële verhuur niet altijd reëel. In dat geval wordt er gezocht naar een tijdelijke culturele of maatschappelijke invulling van een pand via een stadsdeel of Stichting Stroom. Daarnaast is het mogelijk dat panden tijdelijk in beheer worden geven aan een anti-kraakorganisatie. Het object wordt dan wel als leegstand geregistreerd, omdat er geen huuropbrengsten binnen komen. Leegstaande panden die hun gemeentelijke doelstelling hebben verloren en niet meer aan een nieuwe beleidsdoelstelling kunnen worden gekoppeld, worden aangemerkt als structurele leegstand. Deze panden worden verkocht.

De totale leegstand in de gemeentelijke vastgoedportefeuille bedroeg eind 2015 13,3% (153 panden/eenheden). Van de 153 locaties op de leegstandslijst, was het grootste deel leegstand in verband met stedelijke ontwikkeling, namelijk 61 panden. Er stonden 23 panden leeg ten behoeve van renovatie, waaronder tevens woningen ten behoeve van de huisvesting voor statushouders. In afwachting van verkoop staan 37 panden leeg en 32 panden staan leeg in afwachting van een nieuwe verhuring. Het streven is de leegstand de komende jaren te verminderen door onder andere het afstoten van overtollig vastgoed via Kleinschalig Opdrachtgeverschap en via verkoop. Daarnaast zal een deel van de leegstaande panden in 2016 worden getransformeerd of gerenoveerd ten behoeve van huisvesting van statushouders.

Eigenaaronderhoud

Deugdelijk eigenaaronderhoud is een essentieel onderdeel van verantwoord vastgoedbeheer. In de door de gemeenteraad vastgestelde nota Vastgoed (rv 15-2014) zijn hiervoor de beleidskaders opgenomen.

Het budget voor onderhoud wordt aangewend voor calamiteitenonderhoud, voor het uitvoeren van eigenaaronderhoud en voor bouwkundige aanpassingen. Het onderhoud van structureel in bezit zijnde panden wordt uitgevoerd op basis van Meerjarig Onderhoudsplannen (MOP). Dagelijks onderhoud is de verantwoordelijkheid van de huurder/gebruiker en is niet in de MOP eigenaaronderhoud opgenomen. De kosten van de uitvoering van het MOP zijn onderdeel van de meerjarige exploitatiebegroting van alle met het object verbonden eigenaarslasten. In de Paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen is inzicht gegeven in de onderhoudskosten van het gemeentelijke vastgoed.

Voor theaters, musea en sportaccommodaties geldt dat grote vervangingsinvesteringen zoals installaties, stoelen etc. doorgaans niet zijn opgenomen in het meerjarig exploitatieoverzicht en daarmee niet in een MOP. Daarvoor zullen in voorkomende gevallen separate kredieten in het investeringsplan moeten worden geregeld en opgenomen. De voorzienbare vervanging van onderdelen van installaties is veelal wel opgenomen in een MOP.

Het ontwikkelingsvastgoed is in het verleden aangekocht met het oog op mogelijke toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Voor ieder pand word voor de verwachte exploitatieperiode een goede invulling gezocht, mede op basis van het onderhoudsniveau en de toekomstvisie van het gebied waarin het pand ligt. De gemeente heeft dit vastgoed in veel gevallen niet langdurig in eigendom, daarom is het uit te voeren eigenaarsonderhoud anders van aard en omvang dan bij de langdurig in gemeentebezit zijnde panden. Voor het vastgoed dat de gemeente tijdelijk in eigendom heeft, wordt per locatie bepaald welke onderhoudswerkzaamheden verricht moeten worden.

Omschrijving

Raming in € 1.000

2016

2017

2018

2019

2020

MOP Kunstzinnige vorming (CVDH)

392

241

29

115

207

MOP Beeldende kunst (CVDH)

282

282

282

282

282

MOP Accommodaties voor kunstbeoefening (CVDH)

3.370

2.371

2.902

2.796

3.353

MOP Musea (CVDH)

1.005

841

170

-45

203

MOP Wissellokaties onderwijs (CVDH)

447

877

1.106

1.052

1.163

MOP Kinderopvang (CVDH)

62

258

956

1.119

471

MOP Sociale werkvoorziening (CVDH)

2.777

3.002

3.227

3.387

2.660

MOP Ruimtebiedende wijkcentra (CVDH)

4.893

4.727

6.161

6.587

5.783

MOP Zorgaccomodaties (CVDH)

0

112

306

511

477

MOP Gebouwen ambulancedienst (CVDH)

328

358

385

413

437

MOP Gebruik openbare ruimte (CVDH)

670

621

681

734

787

MOP Stadsboerderijen (CVDH)

694

727

776

844

837

MOP Openbaar groen(CVDH)

490

478

481

570

540

MOP Afvalverwijdering (CVDH)

642

480

505

456

481

MOP Algemene begraafplaatsen (CVDH)

6

3

67

124

155

MOP Markten

0

109

215

319

425

MOP Economisch Beleid (CVDH)

0

23

123

223

323

MOP Sport- en spelaccommodaties Sporthallen (CVDH)

2.791

3.157

3.105

3.496

3.870

MOP Sport- en spelaccommodaties Zwembaden (CVDH)

1.571

1.916

2.251

2.688

2.226

MOP Groene sportvelden en terreinen (CVDH)

1.707

1.774

2.133

2.481

2.734

MOP Milieueducatie (CVDH)

130

172

215

247

283

MOP Verkeersmaatregelen (CVDH)

0

-10

15

54

100

MOP Parkeergarages (CVDH) Busremise Telexstraat 3 1)

0

399

560

734

887

MOP Woonwagencentra (CVDH)

183

233

233

233

233

MOP Beheer Bedrijfspanden (CVDH) 2)

376

0

0

0

0

MOP Plus-producten (CVDH)

2.739

2.332

2.134

2.034

1.715

Subtotaal voorzieningen per begin van het jaar

25.555

25.483

29.018

31.454

30.632

Verloop in het jaar:

- dotaties in jaar

11.291

10.011

10.011

10.011

10.011

- bestedingen in jaar

-10.987

-6.476

-7.575

-10.833

-9.514

- vrijval

-376

Stand voorzieningen einde jaar

25.483

29.018

31.454

30.632

31.129

1) De voorziening Busremise Telexstraat wordt gevoed door de Metropoolregio Rotterdam - Den Haag.
2) De opgebouwde voorziening Busremise Telexstraat valt vrij binnen de voorziening Beheer Bedrijfspanden en is gedoteerd aan de voorziening Busremise Telexstraat op basis van collegebesluit met kenmerk BSD 2016.75.

Contractbeheer

Incasso en huurbeëindiging

Als onderdeel van goed contractbeheer van het gemeentelijk vastgoed en het innen van de huren hoort ook een gedegen gestandaardiseerd incassotraject. Bij een huurachterstand van minimaal drie maanden onderneemt de gemeente actie en gaat zo spoedig mogelijk over tot incasso-, ontbindings- en ontruimingsprocedures bij de kantonrechter. Hierdoor lopen huurachterstanden minder snel op en kan het vrijkomende vastgoed weer doelmatig worden ingezet.

Belastingen en heffingen
Als eigenaar van vastgoed ontvangt de gemeente per object aanslagen voor belastingen en heffingen van zowel de Belastingdienst (verhuurderheffing woningen), de Regionale Belasting Groep (watersysteemheffing en zuiveringsheffing) en de gemeentelijke afdeling Belastingzaken (ozb en rioolheffing). Aanslagen worden opgelegd op basis van registratie van de eigendom van het vastgoed in het Kadaster. Het correct per object administreren en controleren van de opgelegde belastingen en vergt weliswaar de nodige tijd maar voorkomt onnodige betalingen.

Verenigingen van Eigenaren
In 2016 en 2017 vindt een verdere verdiepingsslag plaats bij de analyse van de gemeentelijke vastgoedportefeuille met betrekking tot Verenigingen van Eigenaren. Inzichtelijk moet worden welk gemeentelijk vastgoed onderdeel uitmaakt van complexen waarvan ook derden eigenaar zijn en van welke Verenigingen van Eigenaars (VvE’s) de gemeente derhalve van rechtswege lid is.