Algemeen

De lokale heffingen zijn een belangrijk onderdeel van de gemeentelijke inkomsten. De inkomsten uit gemeentelijke belastingen (OZB, toeristen-, precario- en hondenbelasting) en heffingen (o.a. afvalstoffenheffing, rioolheffing en leges) bedragen bijna 11% van het totaal aan inkomsten van de gemeente.

In het coalitieakkoord Vertrouwen op Haagse Kracht zijn de kaders weergegeven voor de lokale heffingen. Deze zijn uitgewerkt in het Belastingplan 2015–2018. Deze paragraaf geeft informatie over het beleid en de ontwikkeling van de tarieven van de lokale heffingen en over het kwijtscheldingsbeleid. Ook wordt in deze paragraaf ingegaan op de kostendekking van de belangrijkste gemeentelijke heffingen: de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de leges omgevingsvergunning.

tariefontwikkeling 2017

  • Als algemeen uitgangspunt geldt het wettelijk kader dat heffingen maximaal 100% kostendekkend zijn. Heffingen worden derhalve trendmatig verhoogd, tenzij de 100% kostendekkendheid hiermee wordt overschreden. Het trendpercentage voor 2017 is 1,25%.
  • De OZB blijft op het nominale niveau 2016.
  • Voor de OZB geldt dat de marktwaardeverandering van de stad budgetneutraal in de tarieven wordt verwerkt. Een marktwaardeverandering van de stad is daarom niet van invloed op de totale OZB-opbrengst of op de gemiddelde OZB-aanslag voor een woning of een niet-woning. De totale OZB-opbrengst voor de gemeente neemt alleen toe als het aantal objecten waarover betaald wordt, toeneemt en/of de kwaliteit van de objecten verbetert.
  • De tarieven hondenbelasting, parkeerbelasting en toeristenbelasting worden trendmatig verhoogd.
  • De egalisatievoorziening afvalstoffenheffing is al enige jaren hoog. Om de voorziening terug te brengen, zijn de tarieven afvalstoffenheffing in 2015 en 2016 niet aangepast aan de inflatie. In 2017 worden de tarieven afvalstoffenheffing met 1% verlaagd.
  • De tarieven van de rioolheffing worden trendmatig verhoogd.
  • De bovengrondse precariobelasting wordt in 2017 volledig afgeschaft. Een uitzondering geldt voor de precario woon- en bedrijfsschepen welke in stand blijft.
  • Voor enkele kleinere kostendekkende tarieven geldt een trendmatige verhoging. Het betreft begraafrechten, marktgelden, leges en binnenhavenbelasting.
  • De precieze belastingtarieven worden zoals gebruikelijk in het najaar aan de raad aangeboden.

Kostendekking heffingen

Voor gemeentelijke heffingen geldt de wettelijke eis van maximaal kostendekkende tarieven. In onderstaande tabellen is de kostendekking van de belangrijkste gemeentelijke heffingen voor 2017 inzichtelijk gemaakt

Afvalstoffenheffing

Berekening van kostendekkendheid

Afvalstoffenheffing

Kosten taakveld, incl (omslag rente)

61.234

Overhead incl. (omslag)rente

1.998

BTW

690

Totale kosten

63.922

Opbrengst heffingen

59.202

Inkomsten taakveld excl. heffingen

6.184

Kwijtscheldingen

-7.250

Totale inkomsten

58.136

Dekkingspercentage

90,9%

De kostendekkendheid wordt conform de regelgeving en jurisprudentie bepaald per verordening. De kosten en opbrengsten worden over de hele verordening van de afvalstoffenheffing huishoudelijk afval beoordeeld. Uitgangspunt is gedifferentieerde tarieven per huishoudtype, waarbij de meergezinshuishouden meer betalen, dan huishoudens met een of twee personen. Over de kostendekkenheid wordt opgemerkt dat er voor gekozen is:

  1. een beperkt deel van de (compensabele) btw toe te rekenen aan de afvalstoffenheffing, dus niet alle btw-kosten;
  2. de kwijtschelding ten laste te brengen van de afvalstoffenheffing;
  3. het dividend HMS als bate te verrekenen met de afvalstoffenheffing, wat leidt tot een lager tarief.

Het uitgangspunt van de gemeente is 100% kostendekkendheid voor deze heffing. Het tarief afvalstoffenheffing is structureel op goed niveau. De hogere kosten die de gemeente nog maakt om ORAC’s aan te leggen de komende jaren worden gedekt uit een opgebouwde egalisatievoorziening afvalstoffenheffing. Het is zelfs mogelijk het tarief met 1% terug te brengen in 2017.

Rioolheffing

Berekening van kostendekkendheid

Rioolheffing

Kosten taakveld, incl (omslag rente)

33.788

Overhead incl. (omslag)rente

778

BTW

2.686

Totale kosten

37.252

Opbrengst heffingen

37.156

Inkomsten taakveld excl. heffingen

60

Kwijtscheldingen

-50

Totale inkomsten

37.166

Dekkingspercentage

99,8%

De Wet milieubeheer verplicht gemeenten om periodiek een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) vast te stellen. Daarin moet worden aangegeven op welke plekken welke voorzieningen zijn of worden gerealiseerd, op welke wijze de gemeente inhoud geeft aan zijn zorgplichten voor afvalwater, regenwater en grondwater, hoe de afstemming is geregeld tussen de gemeente en het waterschap en wat de gevolgen voor het milieu zijn van de aanwezige voorzieningen en de in het plan aangekondigde activiteiten. Vanaf 2016 werkt de gemeente met een nieuw GRP voor de periode 2016-2020. De kosten van de invulling van de zorgtaken voor afvalwater, regenwater en grondwater en de daarmee samenhangende zorg voor het gemeentelijke rioleringsstelsel worden bekostigd uit de rioolheffing. De aanleg van nieuwe rioleringsstelsels wordt betaald uit planontwikkeling/ grondexploitatie.
De Verordening rioolheffing 2009 is gebaseerd op het uitgangspunt dat de uitgaven volledig worden gedekt uit de opbrengsten van de gemeentelijke rioolheffing. Met de bovenvermelde kostendekkendheid van 99,8 % wordt voldaan aan deze doelstelling. Hiermee wordt ook voldaan aan artikel 229b van de Gemeentewet, die eist dat maximaal sprake is van kostendekkendheid op het niveau van de verordening in zijn geheel.

De rioolheffing in Den Haag bestaat uit twee onderdelen: een vast eigenarentarief en een aparte heffing voor grootverbruikers van water. De eigenarenheffing bedraagt per 1 januari 2017 €137,05 per aansluiting per jaar. Als een gebruiker meer dan 500 kubieke meter leidingwater en / of grondwater loost in het riool wordt een rioolheffing grootverbruik in rekening gebracht. De eerste 500 kubieke meter is vrij, daarna wordt voor iedere volgende 500 kubieke meter afvalwater € 187,50 in rekening gebracht. Om te bepalen hoeveel water wordt geloosd wordt de geloosde hoeveelheid afvalwater gelijk gesteld aan het drinkwaterverbruik. Extra waterverbruik zorgt ervoor dat het rioleringsstelsel en gemalen hierop moeten worden aangepast, hetgeen extra kosten met zich meebrengt. Dit rechtvaardigt een hoger tarief. Er is geen sprake van kruissubsidiëring.

Omgevingsvergunningen

Berekening van kostendekkendheid

Omgevingsvergunningen

Kosten taakveld, incl (omslag rente)

14.101

Overhead incl. (omslag)rente

4.583

Totale kosten

18.684

Opbrengst heffingen

17.071

Totale inkomsten

17.071

Dekkingspercentage

91,4%

Den Haag gaat uit van kostendekkendheid van de leges volgens de normen van de wet (artikel 229b, eerste lid van de Gemeentewet). Die kostendekkendheid wordt conform regelgeving en jurisprudentie bepaald per verordening. Vanaf 2013 kent Den Haag een aparte Legesverordening Omgevingsvergunning. De kosten en opbrengsten worden over de gehele verordening beoordeeld. Opbrengsten uit de ene vergunning of activiteit kunnen worden gebruikt voor de dekking van kosten die voor een andere vergunning of activiteiten worden gemaakt.
Om kleine bouwplannen haalbaar en betaalbaar te houden is in Den Haag met name sprake van kruissubsidiëring tussen de grote en de kleine bouwplannen. Dit is een politieke keuze. Het loslaten van deze kruissubsidiëring zou tot onaanvaardbaar hoge tarieven voor de kleine bouwplannen leiden.

Over de kostendekkendheid wordt opgemerkt dat er voor gekozen is specifieke activiteiten buiten het kostenverhaal te houden:

  • Het aanpassen van bestemmingsplannen naar aanleiding van bouwaanvragen mag aan de leges worden toegerekend. Dit wordt in Den Haag niet gedaan omdat deze activiteit nauw verbonden is met de reguliere actualisering van bestemmingsplannen. De kosten van reguliere actualisering van bestemmingsplannen mogen niet aan de leges worden toegerekend.
  • De kosten van (compensabele) BTW kunnen aan de leges worden toegerekend. Het toerekenen van de BTW werkt kostprijsverhogend, heeft dus invloed op de tarieven voor aanvragers. In Den Haag is ervoor gekozen om dit te verrekenen met het BTW-compensatiefonds en niet toe te rekenen aan de leges.
  • Tot slot worden de kosten van het juridisch advies in het proces omgevingsvergunning, behalve voor de kap- en uitwegvergunning, niet bekostigd uit de opbrengsten van de leges. Toerekening van deze kosten is rechtmatig, maar wordt in Den Haag niet gedaan omdat deze activiteit nauw verbonden is met behandelen van bezwaar- en beroepsprocedures, welke niet aan de leges mogen worden toegerekend.

Het overzicht gemeentelijke tarieven staat in $$bijlage.

Bewoners: betaalbaar wonen

In het coalitieakkoord is afgesproken dat de OZB-lasten voor de eigenaren van woningen gemiddeld niet zullen zal stijgen ten opzichte van het belastingjaar 2014. Wanneer door marktontwikkelingen de waarde van de woningen in Den Haag verandert, wordt dit in de OZB tarieven gecompenseerd. Hierdoor is de gemiddelde OZB-aanslag voor een woning in 2017 gelijk aan 2016. Den Haag blijft daarmee één van de laagste van alle grote gemeenten.
Den Haag heeft een bestuurlijke ambitie om tot de top drie van de grote steden met de laagste woonlasten te behoren. Woonlasten zijn: de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing voor een driepersoonshuishouden. Uit het jaarlijkse woonlastenonderzoek van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (Coelo) blijkt dat Den Haag in 2016, net als in 2015, de laagste woonlasten heeft van de grote gemeenten.
Onderstaande grafiek toont de gemiddelde woonlasten per huishouden in Den Haag versus landelijk over de periode 2009 - 2016.


Bron: Coelo.

Omdat de woonlasten in Den Haag in 2017 nagenoeg hetzelfde zullen blijven als in 2016 terwijl de landelijke trend al jaren een stijging laat zien, zal de ambitie van Den Haag om in de top drie van gemeenten met de laagste woonlasten te blijven naar verwachting ook in 2017 worden gehaald.

Groei van de stad

In het coalitieakkoord is afgesproken dat de OZB voor bewoners gelijk blijft. Voor de OZB op zakelijke onroerende zaken geldt dat de opbrengst wordt gestabiliseerd op het niveau van 2013. Dit betekent dat de totale OZB-opbrengst voor de gemeente alleen toeneemt als het aantal objecten waarover betaald wordt, toeneemt en/of de kwaliteit van de objecten verbetert. Groei of afname van de waarde als gevolg van marktontwikkeling (stijging of daling van de marktprijs) wordt conform de afspraken uit het coalitieakkoord neutraal verwerkt in het OZB-tarief en leidt daarom niet tot toename van de OZB-opbrengst.
De stad Den Haag groeit. Zowel het aantal inwoners als het aantal huizen in Den Haag neemt toe. Ook het aantal niet-woningen stijgt. Omdat er meer woningen en niet-woningen zijn, neemt de opbrengst OZB structureel toe. Naast deze kwantitatieve groei is sprake van een kwalitatieve waardestijging. Door aanpassingen van panden, bijvoorbeeld grote renovaties en uitbreidingen (uitbouw, dakopbouw, e.d.) worden woningen en niet-woningen, los van de reguliere marktfluctuaties, meer waard. Beide effecten (kwantitatieve en kwalitatieve groei van de stad) leiden tot een toename van de opbrengsten OZB eigenaren (woningen en niet-woningen) en OZB gebruik (niet-woningen). In de voorjaarsnota 2016 is een verhoging van de raming OZB van structureel € 0,9 mln. ten opzichte van 2016 opgenomen.

Lokale ondernemers: ruimte voor ondernemerschap

Coalitieakkoord
Het college wil het midden- en kleinbedrijf meer ruimte geven om te ondernemen. In het coalitieakkoord is daarom afgesproken om de lasten voor ondernemers te verlichten. Dat doen we door de volgende drie maatregelen.
1. Voortzetting van de bestaande OZB-compensatieregeling voor startende ondernemers.
Jaarlijks maken meer dan 400 ondernemers gebruik van deze regeling.
2. Afschaffen van de precariobelasting voor voorwerpen op en boven gemeentegrond.
Met ingang van 2017 wordt de bovengrondse precariobelasting afgeschaft. Het gaat dan bijvoorbeeld om precario voor reclamevoorwerpen, terrassen, uitstallingen en containers. De precariobelasting voor het innemen van een ligplaats en het gebruik van de kade blijft voor eigenaren van woon- en bedrijfsschepen in stand (met uitzondering van de terrasschepen).
3. Alternatieve aanwending van het beschikbare budget van een belastingpauze voor kleine ondernemers en ZZP-ers met een laag inkomen. In de geest van het coalitieakkoord zetten we van de beschikbare middelen:
• € 1 mln. gericht in voor ondersteuning van het MKB, specifiek ZZP-ers en
• € 2 mln. voor het vergroten van het verdienvermogen van het MKB in het algemeen bijvoorbeeld door extra evenementen te organiseren.

Compensatie OZB sportverenigingen
Om de financiële armslag van amateursportverenigingen te vergroten en zo de toegankelijkheid van sport te stimuleren, worden sinds 2011 de OZB-lasten van Haagse amateursportverenigingen gecompenseerd. Daartoe heeft het college de “Compensatieregeling OZB-heffing Haagse sportverenigingen” vastgesteld. Jaarlijks maken tussen de 80 en 100 verenigingen gebruik van de regeling. De OZB-compensatieregeling voor sportverenigingen wordt in 2017 voortgezet.

Compensatie OZB sportverenigingen
Om de financiële armslag van amateursportverenigingen te vergroten en zo de toegankelijkheid van sport te stimuleren, worden sinds 2011 de OZB-lasten van Haagse amateursportverenigingen gecompenseerd. Daartoe heeft de gemeente de “Compensatieregeling OZB-heffing Haagse sportverenigingen” vastgesteld. Jaarlijks maken tussen de 80 en 100 verenigingen gebruik van de regeling.

Beleidsmatige ontwikkelingen
Uitbreiding gemeentelijk belastingdomein
In de brief van 24 juni 2016 geven de minister van BZK en de staatssecretaris van Financiën aan de Tweede Kamer een aantal overwegingen die een rol spelen bij een hervorming van de gemeentebelastingen en schetsen zij de mogelijkheden hiervoor. De belangrijkste voorstellen zijn:

  • er kan een (neutrale) schuif plaatsvinden van € 4 miljard tussen een lagere inkomstenbelasting en meer lokale belastingen, waarvan € 2 miljard ozb-gebruikers van woningen en € 2 miljard ingezetenenheffing het meest logisch lijkt.
  • een aantal kleine belastingen kan worden afgeschaft. Voorbeelden daarvan zijn de hondenbelasting,  reclamebelasting, baatbelasting en de belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten.

De keuzes over de hervorming van het gemeentelijk belastinggebied, waaronder de omvang van de schuif en de te kiezen grondslagen en onderlinge verhouding tussen die grondslagen, laat deze regering over aan het nieuwe kabinet.
De kabinetsvisie sluit aan bij het advies ‘Betalen betekent bepalen’ van de door de VNG ingestelde commissie-Rinnooy Kan om het gemeentelijk belastinggebied te verruimen en het Gemeentefonds evenredig te korten.

Bedrijven Investeringszones
De Haagse Bedrijveninvesteringszones (BIZ) worden uitgebreid, versterkt en vernieuwd. Met 21 Bi-zones, die gezamenlijk € 5 miljoen investeren voor een periode van vijf jaar, is de BIZ in Den Haag een succes gebleken. Met een BIZ kunnen ondernemers en vastgoedeigenaren zélf collectief investeren in het aantrekkelijker en economisch sterker maken van hun bedrijfsomgeving.
Den Haag wil initiatieven opnieuw faciliteren en stimuleren, met als doel een BIZ zo makkelijk, aantrekkelijk en effectief mogelijk te maken. Uitgangspunt blijft dat een BIZ een instrument van, voor en door ondernemers (en/of eigenaren) is. Het Haags Retailpunt wordt ingezet om BIZ-initiatieven te ondersteunen. Tevens worden kwartiermakers beschikbaar gesteld voor kansrijke winkelgebieden die een BIZ willen starten. Deze inzet richt zich op logisch afgebakende winkelgebieden van voldoende omvang binnen de hoofdwinkelstructuur. In 2017 loopt voor 10 bestaande Bi-zones de wettelijke termijn van vijf jaar af.

Ondergrondse precariobelasting
In reactie op de motie van het kamerlid Veldman c.s. waarin de regering wordt verzocht, zo snel als mogelijk een wetsvoorstel bij de Kamer in te dienen dat de precariobelasting op leidingen afschaft, geeft de minister van Binnenlandse Zaken in zijn brief van 10 februari 2016 aan dat deze afschaffing het beste kan worden geregeld bij een komende grotere hervorming/verruiming van het gemeentelijk belastinggebied. Hierop vooruitlopend heeft de minister in juni 2016 het wetsvoorstel (met nummer 34508) ingediend bij de Tweede Kamer dat regelt dat gemeenten geen precariobelasting meer kunnen heffen van nutsbedrijven over netwerken die ze in, op of boven gemeentegrond exploiteren. Het wetsvoorstel biedt gemeenten nog tien jaar de mogelijkheid om maximaal het op 10 februari 2016 (de datum waarop minister Plasterk het wetsvoorstel voor afschaffing van de precariobelasting heeft aangekondigd) in hun gemeente geldende tarief te hanteren. Na uiterlijk tien jaar is geen precariobelasting meer mogelijk op nutsnetwerken. Om gebruik te mogen maken van het overgangsrecht moeten gemeenten in 2015 precariobelasting op openbare netwerken hebben geheven.

Kwijtschelding
Iedereen met een inkomen op bijstandsniveau en zonder vermogen kan in aanmerking komen voor kwijtschelding van de lokale lasten. In de gemeente Den Haag is kwijtschelding mogelijk voor de OZB, de hondenbelasting (alleen eerste hond), de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. In de praktijk komt kwijtschelding vooral voor bij de afvalstoffenheffing, in 2017 is hiervoor een bedrag geraamd van afgerond € 7,25 mln.

Het huidige kwijtscheldingsbeleid voor natuurlijke personen blijft in 2017 ongewijzigd. Dit betekent dat de kwijtscheldingsnorm voor de OZB, de afvalstoffenheffing, de rioolheffing voor eigenaren en de hondenbelasting blijft staan op de maximaal door het Rijk toegestane 100% van de bijstandsnorm.

Ook ondernemers kunnen in Den Haag in aanmerking komen voor kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Kwijtschelding is alleen mogelijk voor privé-belastingen, zoals de afvalstoffenheffing. Voor belastingen die (geheel of gedeeltelijk) verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep is geen kwijtschelding mogelijk. De regeling geldt voor ondernemers die een uitkering ontvangen op basis van het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen 2004. Door het openstellen van de kwijtscheldingsregeling voor deze groep ondersteunt de gemeente ondernemers met voldoende perspectief en levensvatbaarheid in een moeilijke periode. Er zijn in Den Haag ongeveer 100 ondernemers die een uitkering ontvangen op basis van het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen 2004 en een beroep kunnen doen op de kwijtscheldingsregeling.

WOZ: openbaarheid WOZ-waarde
Ontwikkelingen in wet- en regelgeving zorgen er voor dat de WOZ-waarde belangrijker wordt. Sinds
1 oktober 2015 telt de WOZ-waarde mee bij het bepalen van de maximale huurprijs (het puntenaantal). Verder is wettelijk geregeld dat de WOZ-waarde van woningen met ingang van 1 oktober 2016 openbaar wordt. Daarmee kan iedereen de WOZ-waarde van elke woning opvragen om deze te vergelijken met de WOZ-waarde van de eigen woning. Een transparantere WOZ-waarde draagt bij aan de kwaliteit en de acceptatie van de WOZ-waarde. De openbaarheid van de WOZ-waarde woningen kan bij de WOZ-beschikkingen in 2017 leiden tot extra reacties en bezwaren.
Ten behoeve van de openbaarheid van de WOZ-waarde wordt één landelijk loket ingericht, de landelijke voorziening WOZ (LV WOZ).

WOZ: herwaardering onroerende zaken
Alle Haagse onroerende zaken worden jaarlijks gewaardeerd. De waarde peildatum ligt één jaar voor het kalenderjaar waarop de waarde betrekking heeft. Dit betekent dat voor de OZB in 2017 wordt uitgegaan van de WOZ-waarde van de onroerende zaak op 1 januari 2016. Dit alles is wettelijk bepaald.

Inkomsten lokale heffingen

In het onderstaande overzicht zijn voor aftrek van kwijtschelding de begrote opbrengsten van de belangrijkste lokale heffingen voor de jaren 2017 en 2016 alsmede de realisatie van 2015 weergegeven

Belastingsoort

Rekening

Begroting

2015

2016

2017

OZB

83.294

84.355

84.365

Afvalstoffenheffing

59.357

59.800

59.202

Rioolheffing eigenaren

35.922

35.451

37.156

Hondenbelasting

2.016

1.950

1.973

Toeristenbelasting

6.552

6.516

6.858

Precariobelasting (ondergronds, woon- en bedrijfsschepen)

16.374

16.305

16.305

Totaal

204.003

204.903

204.597

Samenhang met programma’s en paragrafen

De lokale heffingen worden begroot in de programma’s Ontwikkeling Buitenruimte (baten afvalstoffenheffing, kwijtschelding afvalstoffenheffing, rioolheffing, marktgelden, begraafplaatsrechten en precariobelasting DSB), Financiën (baten OZB gebruikers en eigenaren, toeristenbelasting, precariobelasting en hondenbelasting), Verkeer en milieu (baten parkeerbelasting) en Stadsontwikkeling (baten omgevingsvergunningen, precariobelasting (DSO).
Tot slot geeft de paragraaf Gemeentelijke inkomsten een totaaloverzicht van de gemeentelijke baten, inclusief de baten uit de gemeentelijke belastingen en heffingen.